Gabri?lle
als au-pair.
Door Louis van Amoren.
Hoofdstuk 1.
Ik heb een sollicitatiegesprek gehad in Eindhoven. Maar het is op niets
uitgelopen. Het is overigens ??n van de weinige keren dat ik voor een
gesprek ben uitgenodigd. Meestal krijg ik niet eens reactie.
Ik solliciteer al een tijdje. In de buurt waar ik vandaan kom, is er
helemaal niets te krijgen en ook in de grote steden zitten ze niet om
mij te wachten.
En omdat ik nu toch in Eindhoven ben, loop ik gelijk maar een aantal
uitzend-bureaus af in de omgeving van het centrum. Maar ook dat loopt op
niets uit.
Het loopt al tegen vijf uur en ik besluit op maar terug naar het station
te lopen en naar huis te gaan. Op mijn gevoel probeer ik de weg wat af
te snijden, maar ik sla ergens verkeerd af en kom in een deel dat me
totaal onbekend voor komt. Via een zijstraatje probeer ik het weer goed
te maken.
En in dat straatje zit een uitzendbureau. Het is nog een paar minuten
voor vijf. Mijn laatste kans. Misschien is het de voorzienigheid die mij
dit straatje in stuurde.
Ik gluur naar binnen. Er zit een mevrouw achter een bureau., verder is
er niemand. Het is nog net geen vijf uur, dus ga ik vlug naar binnen. Ik
loop tot voor haar bureau en blijf dan staan. Ze is ergens mee bezig en
dat maakt ze eerst af. Dus wacht ik.
Na een paar minuten kijkt ze op en vraagt: 'wat kan ik voor je doen?'
'Dag mevrouw. Ik zoek werk. Misschien kunt U mij aan een baantje
helpen?'
'Dat ligt er aan. Wat kan je zoal?'
'Ik heb een middelbare schoolopleiding en wat administratieve ervaring
opgedaan met wat baantjes via uitzendbureaus.'
Veel ervaring heb ik niet en dat is meestal het minpunt, waarom ik
nergens aan de bak kan komen.
Het antwoord hier is dan ook: 'nee, ik denk niet dat ik een
administratieve functie vrij heb. Maar ik zal eens kijken of er nog iets
anders is. Een ogenblikje.'
Ze gaat achter een beeldscherm zitten en toetst wat gegevens in. Na een
paar tellen komt het antwoord op het scherm. Aan haar gezicht te zien,
is het niet veelbelovend. Maar ze probeert nog iets anders.
Ze kijkt op: 'hoe oud ben je?'
'Achttien, mevrouw.'
'Kan je typen?'
'Ja mevrouw. Ik heb een typediploma.'
Het is even stil.
'Heb je wat verstand van het huishouden?'
Aarzelend kijk ik haar aan. 'Hoe bedoelt U dat?'
'Wel. Kan je wat huishoudelijke werkzaamheden er bij doen?'
'Dat is geen probleem mevrouw. Ik wil alles aanpakken.'
'En kan je koken?'
'Wel een paar eenvoudige dingen. Maar geen moeilijke dingen. Maar met
een kookboek lukt het misschien wel.'
Ze lacht even en staat op: 'ga maar even in dat kamertje daar zitten en
vul dit formulier even in. Ik moet intussen even opbellen.'
Ik pak het formulier aan en ga naar het aangewezen kamertje.
Het is met recht een kamertje. Een hoge plank met aan weerskanten een
barkruk. Op de plank een pennenbak.
Ik ga zitten en vul het formulier in. Het is grote lijnen een gewoon
sollici-tatieformulier. Alleen aan het eind staan wat vreemde vragen.
Maar vooruit. Met het begin beginnen.
Mijn naam: 'Gabri?l Simon van Amoren.'
En zo gaat het verder. Leeftijd, adres, van het mannelijke geslacht,
opleiding, baantjes, militaire dienst, niet in geweest, niet gehuwd,
adres ouders.
Dan komen de slotvragen.
Of ik verkering heb of ooit heb gehad? Nee, niet gehad ook.
Met een meisje naar bed geweest? Ik moet nee bekennen.
En met een vriendje?Ook niet.
Er volgen nog wat vragen over mijn sexleven. Maar wat dat betreft ben ik
nog maagdelijk.
Tot slot moet ik nog mijn lengte, ??n meter vijf en zeventig, en mijn
gewicht, negenenvijftig kilo, invullen.
Ik zet de datum en mijn handtekening er onder.
Op dat moment komt mevrouw binnen. 'Ben je klaar met invullen?'
'Ja mevrouw.'
'Geef maar hier, dan bel ik nog even op.'
Ik geef het formulier en de deur van het kamertje sluit zich weer achter
haar.
Het duurt nog wel even. Ik zit zeker wel al een half uur te wachten op
die ongemakkelijke barkruk. Maar dan komt mevrouw terug.
Ze komt tegenover mij zitten op de andere barkruk. Het is zo smal dat
onze benen elkaar raken. Ik word rood, maar ze doet net of ze niets
ziet.
'Wel Gabri?l. Misschien heb ik een baantje voor je.'
'Ja ......, oh, wat fijn mevrouw. Wat voor baantje?
Ze lacht: 'niet te voorbarig. Misschien wil je het niet eens.'
'Ja hoor. Ik neem alles aan. Als ik maar werk heb.'
'Wel Gabri?l. Het is in wezen een soort au-pair-baantje.'
Ze lacht als ze mijn verbaasde gezicht ziet en gaat verder.
'Ja, je kan als au-pair aan de slag. Het is in principe voor een jaar.
Het is in een klein gezin. Twee personen en allebei werken ze.'
'Moet ik voor de kinderen zorgen?'
'Nee, er zijn geen kinderen. Alleen twee personen. Het is in Belgi?. Je
kan er tevens goed Frans leren. Het is de bedoeling dat je het
huishouden doet, kookt, de tuin een beetje bijhoudt en wat typewerk voor
ze verricht. Je hebt een eigen kamer.'
'Maar ....., maar dat is toch meer voor een meisje.'
'Als je zo begint Gabri?l. Dan kan je wel vertrekken. Jij zoekt werk en
ik bied je dat aan. Het is graag of niet.'
'Ja ....., ja natuurlijk wil ik wel. Eh, .... Wanneer kan ik beginnen en
hoeveel verdien ik?'
'Op je eerste vraag. Je kan eventueel vandaag al beginnen. Je tweede
vraag. Je verdient niets. Een au-pair krijgt zakgeld. Natuurlijk heb je
kost en inwoning vrij. En als na veertien dagen blijkt dat ze je willen
houden, dan krijg je ook nog dienstkleding. Dienstkleding is verplicht.
Dat zakgeld van tweehonderd gulden kan je dus in z'n geheel op de bank
zetten.'
Aarzelend kijk ik haar aan. Ergens is het niet gek. Ik heb zeker een
jaar onder de pannen, leer frans op de koop toe, tweehonderd piek elke
maand op de bank. Waarom eigenlijk niet? Voor dat echtpaar zorgen kan ik
toch wel. En misschien kan ik na dat jaar wel vast bij hen in dienst
komen. Niet meer als au-pair.
'Ik wil het wel doen mevrouw. Maar waar is het en hoe kom ik er?'
'Dat is geen probleem. Ik ga eerst eten. Als je hier om acht uur terug
ben, dan breng ik je er heen. Dat heb ik afgesproken met je nieuwe
baas.'
'Maar mijn spullen> Mijn spullen staan in Tilburg in mijn hotelletje.'
'Wel, je hebt nog ruim twee uur. Je kan ze net gaan halen en ook nog
iets eten onderweg. Kom, schiet maar op.'
Ze neemt me mee naar de voordeur en laat me uit.
Ik vlieg naar het station, koop onderweg wat broodjes en haal nog net de
trein van tien over zes. Even voor half zeven ben ik in Tilburg. Ik heb
bijna een uur de tijd om mijn spullen op te halen.
En een uur is niet veel natuurlijk. Al heb ik niet veel spullen. E?n
koffer en het is gebeurd.
Maar er gaat ook nog wat tijd vanaf om heen en weer te lopen. Dan nog
mijn kamertje wat opruimen en betalen. Met heel veel pijn en moeite haal
ik nog net de trein. Ik heb niet eens een kaartje kunnen kopen en
jammergenoeg is het kaartje van vanmorgen al afgestempeld. Dus koop ik
maar een nieuw kaartje in de trein.
Even voor acht uur ben ik weer in Eindhoven en vlug loop ik naar het
uitzendbureau. Precies acht uur sta ik voor de deur.
Ik zie dat mevrouw achter haar bureau zit, maar ik kan niet naar binnen,
want de deur zit op slot. Ik bel aan en ze komt aangelopen.
'Kom nog maar even binnen. Ik moet nog even een paar dingen doen. Wacht
maar in het kamertje.'
'Goed mevrouw.'
Ik loop naar het kamertje en ga weer op die kruk zitten. De deur valt
achter me dicht. Het duurt nu gelukkig niet zo lang. Na een kwartiertje
komt ze ook binnen. In haar hand heeft ze nog wat formulieren.
'Zo Gabri?l, nog even dit afhandelen. Ik heb hier een formulier waar
mijn bemiddeling in is aangegeven. Als je dat eerst even wil
ondertekenen?'
Ik krijg de pen in mijn hand gedrukt en zet mijn handtekening.
'DAn heb ik hier nog je overeenkomst met mijn uitzendbureau voor je werk
als au-pair bij dat gezin. Dat geldt voor twee weken. Na twee weken
eindigt deze overeenkomst en kom je of in dienst van het gezin of ze
sturen je terug. Hier staat het overeengekomen bedrag, tweehonderd
gulden in de maand en hier de tijdsduur. Werktijden worden niet genoemd.
In Belgi? houdt toch niemand zich daar aan en bovendien is dat niet te
bepalen. De ene dag werk je misschien maar vier uur en de andere dag
twaalf. Dus dat is gemakshalve maar weg gelaten. Zet hier maar je
handtekening.'
Ze verdraait iets en weer voel ik haar benen tegen de mijne. Ik sla mijn
ogen neer onder haar doordringende blik.
Ze lacht: 'Gabri?l, als je na twee weken daar niet mag blijven, kom dan
maar naar mij terug. Ik heb dan nog wel iets anders voor je. Dat geldt
ook als het jaar voorbij is en je blijft daar niet. Heb je dat
begrepen?'
'Ja mevrouw. Ik kom weer naar U toe als het niets wordt.'
'Afgesproken.' Ze dringt haar knie tussen mijn benen en ik voel hoe ze
haar knie tegen mijn kruis aandrukt.
Ze vervolgt: 'heel misschien heb ik dan een heel goed baantje voor je
Gabri?l'. Ze drukt nog iets harder en ik voel dat ik rood word.
Maar ze doet of ze niets merkt en zegt: 'kom, dan breng ik je weg. Pak
je koffer.'
Ze staat op en gaat me voor. Ik pak mijn koffer en volg haar naar
buiten.
Haar wagen staat om de hoek. Het is een leuke sportwagen. Ik wil naast
haar gaan zitten, maar ze zegt: 'kruip maar achterin.'
En dus ga ik achterin en vouw me een beetje dubbel op het achterbankje.
En daar komt mijn koffer nog bij. Veel ruimte heb ik niet.
Zij gaat achter het stuur zitten en rijdt weg. Het gaat vrij snel, al
gauw zitten we buiten Eindhoven en rijden we in de richting van de
Belgische grens. Nu snap ik ook waarom ik achterin moet zitten. Ik kan
nauwelijks volgen hoe we rijden. Zo nu en dan zie ik een bord, maar
meestal gaat het te snel. Als laatste zie ik nog een bord van Sint
Truiden, maar daarna kan ik het niet meer volgen.
We rijden anders nog wel een behoorlijk tijdje door. Het wordt donker en
ik suf een beetje weg.
Maar ik schrik op als ik merk dat de weg ineens een stuk slechter wordt.
Ik zie dat we over een soort zandpad door een bos rijden. Waar we nu
terecht komen, Joost mag het weten. Maar het is zo te zien het einde van
de bewoonde wereld.
We stoppen nog even voor een hek, maar dat zwaait na een paar tellen
open en ze rijdt weer verder. Het pad is in elk geval nu beter en al
gauw zie ik een huis
in het donker opdoemen.
Zo te zien is het wel een heel mooi huis en gelukkig niet zo erg groot.
De mevrouw stopt voor de deur en zegt dan: 'kom Gabri?l, uitstappen.'
Zelf stapt ze ook uit. Ik wurm me uit de wagen, pak mijn koffer en loop
haar achterna naar de voordeur.
Die zwaait al gelijk open en in de opening staat een man. Hij is vrij
groot en fors. In het frans begint hij tegen mevrouw te ratelen. Ze
lacht, kletst wat terug in het frans en wijst dan op mij.
Ze pakt mijn hand en trekt mij in de lichtcirkel. De man bekijkt me,
lacht even en zegt dan in het Hollands: 'kom binnen.'
Achter het tweetal loop ik het huis binnen. Eerst komen we in een ruime
hal en via een deur komen we in een behoorlijk grote salon. Het is
gezellig in eiken ingericht. Er branden nog al wat lampjes.
De man komt nu op mij toe: 'zo, jij bent dus Gabri?l en komt bij ons
wonen.'
Ik geef hem een hand en zeg dan: 'ja meneer, ik ..... ik kom voor dat
baantje.'
Hij lacht: 'geen gemeneer hier in huis, ik heet Charles. Straks zal ik
je aan mijn partner voorstellen. Mevrouw hier heeft je alles al zo'n
beetje verteld, heb ik gehoord. Overeenkomst is al getekend, dus alles
is in orde.'
Hij gaat weer over in het Frans tegen mevrouw. Het gaat zo rap, dat ik
het niet kan volgen. Ik kan wel iets frans, maar dit is niet bij te
benen.
Mevrouw geeft wat papieren aan de man en hij schrijft dan een cheque
uit. Hij geeft 'm aan haar en zegt dan weer in het Hollands: 'zo, ik
dank U zeer dat U Gabri?l helemaal hebt gebracht. Ik zal U even naar de
deur brengen.'
Ze knikt en komt dan nog naar mij toe. Ze geeft me een hand en zegt:
'veel succes in je nieuwe baan, Gabri?l. Ik hoop dat je het hier naar je
zin zal hebben.'
'Eh ...., mevrouw, nog erg bedankt dat U mij aan dit baantje hebt
geholpen.'
Ze lacht: 'dat is wel goed Gabri?l. Tot ziens misschien.'
'Tot ziens mevrouw en erg bedankt.'
Charles brengt haar naar de deur en even later hoor ik haar auto
wegrijden. Mijn laatste binding met de buitenwereld is weggevallen. Ik
moet er nu maar het beste van maken.
Hoofdstuk 2.
Na een paar tellen komt Charles weer terug.
'Ga zitten Gabri?l. Dan kunnen we kennismaken en de dagindeling een
beetje doornemen.'
Ik knik en ga op ??n van de banken zitten. De keus is groot. Er staat
twee driezitsbanken, twee tweezits banken en twee fautteuils. Alles van
eiken met een leren bekleding.
Ik wacht tot Charles begint. Hij loopt nog even wat rond en begint dan:
'wel Gabri?l, mijn partner en ik werken allebei en daarom zoeken wij een
hulpje. Niet alleen voor het huishouden, maar ook voor wat typewerk. Ik
werk in Brussel bij een grote maatschappij en ben van 's-morgens van een
uur of acht tot half zes 's-avonds weg. Mijn partner werkt in Namen,
gaat om een uur of half negen weg en is meestal rond een uur of vier
weer terug. Paris werkt bij een uitgever en heeft dikwijls veel
typewerk. Dat is dan voor jou en daarom wilden we ook iemand met
administratieve ervaring en geen soort huishoudster. Dan de
huishoudelijke werkzaamheden. Het zal wel meevallen, het huis is niet zo
groot en bijna alles is op de begane grond. Naast de hal en de salon is
er beneden nog de keuken, een eetkamer, twee slaapkamers en een
badkamer. Onder het huis is nog een kelder voor het proviand en de wijn.
Op de eerste ?tage loopt het al gelijk schuin op en daar zijn ook nog
drie slaapkamers en een badkamer. E?n van die kamers is voor jou. Achter
de keuken is nog een bijkeuken met wasmachine, wasdroger, diepvries en
zo, een garage en een schuur achter het huis. Het is de bedoeling dat
jij ook het huis schoon houdt, dus stofzuigen, afstoffen, bedden
opmaken, ramen zemen, nou ja alles zo'n beetje en natuurlijk ook koken.
Tot nu toe hebben we veel buiten gegeten, maar dat is ook niet alles.
Vanaf nu eten we dan ook thuis. In het begin zal Paris wel de
boodschappen doen, maar over een paar weken kan jij dat ook wel doen.
Heb je nog vragen?'
'Nee, ... ik geloof het niet, meneer.'
Hij lacht even: 'het is Charles, weet je nog. Maar kom, ik zal je even
het huis laten zien en dan breng ik je naar je kamer. Je kan dan ook nog
even kennis maken met Paris. Paris ligt al in bed. Kom maar mee.'
Ik sta op en volg Charles eerst naar de eetkamer. Wel een stuk kleiner
dan de salon, maar toch nog wel respectabel groot. Via de hal gaan we
naar de keuken. Ook dat is geen kleintje en is van alle gemakken
voorzien. Veel kasten, een grote aanrecht, een magnetron, een grote
diepvries en een nog grotere koelkast ingebouwd en een plaat met
keramiek verwarmers en een dubbele gootsteenbak. Vanuit de keuken kom je
in de bijkeuken en daar staat de wasmachine, de wasdroger en ook nog een
diepvries.
'Morgen ga je zelf maar de garage en de schuur bekijken, Gabri?l. Dan
eerst maar naar onze slaapkamer, dan kan je kennis maken met Paris.'
Ik volg hem terug naar de hal. Charles wijst op een deur: 'dat is de
gasten-slaapkamer. Soms slaap ik daar ook wel eens of Paris. Als ??n van
ons twee?n eens laat thuis komt en de ander niet wil storen, dan slapen
we daar wel eens. Dus let ook op die kamer.'
Ik knik en volg hem naar een andere deur. Hij doet de deur open en laat
me voorgaan. Ik sta in een grote slaapkamer. Ook Charles komt binnen en
zegt: 'dag Paris, dis is onze nieuwe hulp, Gabri?l.'
En tegen mij: 'Gabri?l, dit is Paris. Tenminste, dat zeg ik. Voor jou is
het Jean-Marie.'
Ik blijf halverwege de kamer staan. In het bed zit rechtop met ontbloot
bovenlijf een man. Half lang haar, een jaar of dertig, maar een man. Ik
kijk verschrikt van de man naar Charles en weer terug.
'Maar ..... maar.' Verder kom ik niet. Ik kan niet uit mijn woorden
komen.
Charles lacht: 'wat is er Gabri?l?'
Ik aarzel, probeer mijn schrik te verbergen. 'Eh, ....., niets meneer,
ik ...., eh Charles.'
Dat moet mij weer overkomen. Hulp in de huishouding bij twee homo's. Ik
probeer niets te laten merken en stap op het bed af. De man gaat iets
rechtop zitten en zegt: 'hallo, Gabri?l, welkom bij ons. Ik hoop dat we
gedrie?n een prettige tijd beleven.'
'Dag ...., mijnheer, .... eh, ... Jean-Marie.'
Zo, Gabri?l, morgen kan je nog wel nader kennismaken met Jean-Marie. Ik
zal je nu naar je kamer brengen, kom maar mee.'
Ik volg Charles naar de deur. 'Weltrusten, Gabri?l', klinkt het nog
vanuit het bed.
'Weltrusten, Jean-Marie', antwoord ik.
In de hal pak ik mijn koffer en via een deur gaan we een trap op.
Charles laat me voor gaan. Boven is een soort hal met drie deuren.
Charles doet er ??n open en zegt: 'zo, dat is jouw kamer, Gabri?l.'
Ik blijf verwonderd in de deuropening staan. Het is nog een vrij grote
kamer met prachtige meubels. Alleen het ziet er supervrouwelijk uit.
Alles is in het lichtroze met donkerroze afgewerkt. Er staat een groot
tweepersoonsbed, kasten met spiegeldeuren, een toilettafel, een zitje,
zelfs een barretje met TV en een stereotoren. Verder is er nog een deur
naar een badkamertje. Ook die is helemaal in het roze. Het bad is gevuld
met een schuimbad.
Ik loop terug naar de kamer.
Charles vraagt: 'en hoe vind je het?'
Een beetje aarzelend kijk ik hem aan: 'een .... een beetje vrouwelijk,
..... maar het is wel mooi.'
Charles lacht even: 'je bad staat gereed. Neem eerst nog even een bad.
Waar je wel aan moet denken is, dat wij allebei heel erg op hygi?ne zijn
gesteld. We verwachten van je dat je elke morgen en elke avond een bad
of douche neemt en elke dag schoon ondergoed en andere kleren. Kan je
daar mee instemmen?'
'Ja natuurlijk, dat is geen probleem.'
'Ok?, neem dan nu maar een bad.'
Hij draait zich om en verlaat de kamer.
Ik schiet vlug uit mijn kleren, leg ze op een stoel en duik het bad in.
Langzaam spons ik me lekker schoon, heerlijk laat ik me een tijdje
weken. Het water ruikt sterk naar ??n of andere parfum, een beetje
bedwelmend.
Na een goed half uur spoel ik me schoon. Als de schuimresten weg zijn,
pak ik een handdoek om me af te drogen. Natuurlijk een roze handdoek. Ik
boen me droog en loop dan terug naar mijn kamer, naakt.
Eigenlijk kan ik wel gelijk mijn pyjama aantrekken, het is toch al laat
en ik denk niet dat ik nog aan het werk moet.
Ik ga naar mijn koffer om 'm open te maken. Maar op dat moment komt
Charles weer binnen. Ik schrik, houd mijn handen voor mijn gevalletje.
Wat moet hij? Als hij
maar weet dat ik aan mijn lijf geen polonaise wil. Maar hij bekijkt me
even vluchtig en zegt dan: 'ga nog even zitten, ik wil nog wat dingen
met je doornemen.'
Gelaten ga ik zitten, mijn handen nog steeds voor mijn strategische
zones houdend. Hij gaat tegenover mij zitten.
'Eerst nog even de dagindeling. Je weet hoe laat we weggaan. Als jij om
een uur of zeven opstaat en voor het ontbijt wil zorgen. Ik eet meestal
in de keuken, dat kunnen we dan samen doen. Daarna breng je Jean-Marie
zijn ontbijt op bed. Als ik de deur uit ben, kan jij je gaan wassen en
kleden en help je Jean-Marie de deur uit. Je kan daarna aan het werk.
Hoe je je dag verder indeelt, moet je zelf weten, als je er maar voor
zorgt dat het diner klaar is als we thuis komen. Voor het eten drinken
we altijd eerst nog een glaasje en daarna gaan we aan tafel. Je eet
natuurlijk gewoon met ons mee. Ook 's-avonds kan je bij ons blijven, je
hoeft niet alleen op je kamer te zitten. Accoord?'
'Ja hoor, natuurlijk.'
'Dan nog iets. Je hebt met mevrouw afgesproken dat je na veertien dagen
als je mag blijven dienstkleding van ons krijgt. Ik heb zo eens naar je
costuums en je andere spullen gekeken in je koffer, maar wij hebben
liever niet dat je daarin rond loopt. Ik stel dus voor dat je gelijk al
in dienstkleding rond gaat lopen. Heb je daar bezwaar tegen?'
'Nee hoor, dat is best.'
'Goed, alles hangt in de kasten. Je weet het, elke dag iets anders,
steeds andere kleuren. Het hangt een beetje in volgorde, morgen een
zwarte broek en een witte blouze en zo verder. Er hangen ook
ochtendjassen in de zelfde kleuren als de blouzes. Die kan je 's-morgens
aantrekken voor je je kleedt. Een beetje begrepen?'
'Ja, hoor, ik zal er rekening mee houden.'
'Ach, je kan je eigen kleding wel gelijk in je koffer stoppen. Dan neem
ik 'm gelijk mee en berg 'm op in de kelder. Je hebt het toch niet meer
nodig.'
'Ja maar, .... mijn scheerapparaat en tandenborstel en zo zitten nog in
de koffer .....'
'Alles is hier, je hebt niets van jezelf nodig.'
'Maar in het weekend of zo, als ik uit wil gaan of naar huis ....'
Charles lacht: 'maar Gabri?l, je bent hier als au-pair. We verwachten
eigenlijk dat je de weekeinden gewoon hier bent. Wij zorgen ook wel voor
kleding voor de weekeinden.'
Gelaten knik ik. Ach, wat kan mij het ook schelen. We zitten hier toch
een eind van de bewoonde wereld af, dus ergens heen gaan, zal ook niet
meevallen. En naar huis ging ik vroeger ook niet zo dikwijls.
Ik maak mijn koffer open en stop de overgebleven spullen er in, mijn
costuum, overhemd en ondergoed.
'Stop je horloge, sleutels, portemonnee en zo er ook maar in. Je hebt
hier echt niets meer van nodig. Wij zorgen overal voor.'
En zo gaan ook die spullen nog in de koffer. Charles maakt 'm dicht en
zegt dan:
'zo, dat is het dan. Weltrusten Gabri?l. Tot morgen.'
'Weltrusten, Charles.'
Charles draait zich om en verlaat de kamer. En ik ben alleen.
Eerst maar eens een pyjama zoeken in de kasten. Maar dat valt tegen. Een
echte pyjama kan ik niet vinden. Het is allemaal erg dun spul. Finaal
doorzichtige harembroeken en idem hesjes en bovenstukjes, nachthemdjes
waar je ook dwars door heen kijkt en meer van dat spul. Alles heel erg
luxueus, maar niks voor mij.
Dus kruip ik maar naakt in bed. Het duurt nog wel een tijdje eer ik in
slaap val. Ik overdenk nog eens alles. Alles is wel erg vreemd gegaan.
Alleen die mevrouw van het uitzendbureau weet dat ik hier zit, verder
niemand. Er is geen haan die er naar kraait als ze iets met mij
uitspoken. Maar ach, laat ik maar niet direct aan het ergste denken. En
ik kan mezelf ook best verdedigen.
Zo val ik, toch een beetje gerustgesteld in slaap.
Hoofdstuk 3.
De volgende morgen ben ik al weer bijtijds wakker. Mijn eerste werkdag
en ik moet voor het ontbijt gaan zorgen. Ik, Gabri?l, de huishoudelijke
hulp van twee homo's. Als ze dat bij mij in het dorp weten, dan lachen
zij zich een ongeluk.
Maar kom, geen gezeur, aan het werk. Ik was me vluchtig en ga dan op
zoek naar een ochtendjas. Nou, die hangen er genoeg, maar ook deze zijn
weer bijzonder,
Het zijn meer van die vrouwelijke neglig?'s. Ik vind de witte waarvan
Charles gezegd heeft, dat ik die moet aantrekken. Ik trek het ding aan
en ga voor de spiegel staan. Ook dit ding is redelijk doorzichtig, mijn
tepels en schaamhaar is door de stof heen goed zichtbaar. Verdorie, had
ik nu maar mijn eigen kleding gehouden. Nu moet ik wel in dit ding
rondlopen. De slippers die ik in de kast vind zijn ook nogal ongewoon.
Er zit een sleehakje onder, wel niet zo hoog, maar het is een hakje. Ik
voel me opgelaten, maar ga toch zo gekleed naar beneden.
In de keuken zorg ik voor het ontbijt.
Ik ben er nog maar net klaar mee of Charles komt binnen. Hij draagt een
driedelig costuum en ziet er indrukwekkend uit.
'Goede morgen, Gabri?l.'
'Goede morgen, Charles.'
'Zo, en heb je lekker geslapen, de eerste nacht in dit huis?'
'Ja hoor, lekker, achter elkaar door geslapen.'
'Goed zo. Gabri?l, voor vandaag heb ik je maar wat geholpen. Ik heb de
dienstkleding voor vandaag voor je klaar gelegd op bed. Dat kan je
straks nadat je een bad hebt genomen, aantrekken. Accoord?'
'Ja hoor, natuurlijk, dat is geen probleem.'
'Nee? Goed. Ik ben blij dat je er geen probleem van maakt om onze
dienstkleding te dragen.'
'Nee hoor, ik vind het best. Alleen deze ochtendjas is nu niet direct
iets dat de boel erg bedekt. Is er eigenlijk niet iets anders?'
'Nee, dit ook een beetje dienstkleding, dus moet je dit maar dragen.
Waarom heb je moeite met dit?'
'Nou, het is helemaal doorzichtig. Je kijkt er dwars doorheen.'
Charles lacht: 'Er is niets anders, en bovendien, we zijn hier onder
elkaar, dus wat maakt het verder uit.
Daar heeft hij eigenlijk wel gelijk in en ik laat het verder maar zo.
Ik schenk voor Charles koffie in en voor mijzelf thee. We zitten aan
weerskanten van de tafel en een beetje in gedachten eten we ons ontbijt
op.
Tussendoor schenk ik nog eens koffie en thee in en dan is het tijd voor
Charles om naar zijn werk te gaan.
'Sterkte op je eerste werkdag, Gabri?l.'
Ik lach: 'dank je wel, maar het zal wel meevallen, denk ik.'
Hij lacht terug: 'ach, ik denk het ook wel. Tot vanavond.'
'Ja dag, tot vanavond, prettige dag.'
Hij vertrekt via de achterdeur naar de garage.
Zo, die is weg. Nu het ontbijt voor Jean-Marie. Ik zet alle spullen op
een dienblad en breng het naar de grote slaapkamer. Jean-Marie slaapt
nog. Ik maak 'm wakker door zijn schouder aan te raken. Hij wordt wakker
en kijkt me een beetje slaperig aan. Maar dan gaat hij rechtop zitten en
ik geef hem het dienblad.
'Goede morgen, Jean-Marie.'
'Hallo, dag Gabri. Bedankt voor het ontbijt op bed. Ik vind het verder
wel. Ga jij maar in bad en je aankleden. Ik zie je nog wel eer ik weg
ga. Tot straks.'
'Ja, tot straks.'
Ik ga weer terug naar mijn kamer, loop gelijk door naar het badkamertje
en laat het bad vollopen. Intussen scheer ik de weinige haren en poets
ik mijn tanden.
Als het bad vol is, laat ik mij er lekker inzakken en een poosje weken.
Heerlijk is het in het hete water. Maar kom, ik moet opschieten.
Dadelijk is Jean-Marie al klaar en zit ik nog in bad. Vlug spoel en
droog ik mij af en ga dan terug naar de kamer.
Op het bed ligt de kleding klaar. Ik kijk er een beetje verwonderd naar.
Veel is het niet, zo te zien.
Eerst het slipje. Zwart, piepklein van kant en finaal doorzichtig. Een
beetje aarzelend trek ik het aan. Dan sokken. Maar ik zie er geen sokken
bijliggen. Dan het overhemd maar. Maar overhemd is een groot woord. Het
is een witte blouze, ook van kant en ook finaal doorzichtig. Het ding
zit strak om mijn lichaam en heeft lange mouwen, die bij mijn pols wijd
uitwaaieren. Verblufd kijk ik in de spiegel. Maar het wordt nog erger
als ik de broek aan trek. Ook nu is de benaming broek te overdreven.
Maar wat voor naam ik er dan aan moet geven, weet ik niet. De broek is
zwart, en weer van kant, geheel doorzichtig, ultra strak en ook het
uiteinde aan de pijpen waaiert weer uit.
Elk deel van mijn lichaam is te zien. Door de witte kant van de blouze
zijn mijn tepels zichtbaar, en zelfs mijn schaamhaar schemert zich af
door de dunne stof van het slipje en de broek.
Verbolgen kijk ik in de spiegel. Naast het bed vind ik nog iets om aan
mijn voeten te doen. Het zijn een soort zwarte enkellaarsjes. Er zit een
klein hakje onder. Ik trek ze aan en bekijk mijn spiegelbeeld. Ben ik
dat wel, daar in die spiegel. Het gezicht is van Gabri?l van Amoren,
maar de rest er onder. De kleding is meer vrouwelijk, alleen de bobbel
in de strakke broek verraadt weer
dat er een pik in die broek zit. Maar wat moet ik er mee? Ik kan toch zo
niet rondlopen. Die twee zijn hardstikke gek.
Maar ik heb niks anders. En ik heb geen idee waar hij mijn kleren heeft
gelaten. Ik moet dit wel dragen.
Maar ik zal eerst eens even naar Jean-Marie gaan. Dit is toch zeker geen
stijl.
Zo vlug ik kan, ga ik naar beneden. Jean-Marie staat op punt om weg te
gaan. Hij bekijkt me van top tot teen. Ik wil uitvaren, maar hij is me
voor: 'goed zo, Gabri?l, het past perfect. Het staat je geweldig.'
Ik stotter van kwaadheid: 'maar ....., maar dit ....., maar dit is toch
geen kleding. Zo kan ik toch niet rondlopen. Dit menen jullie toch niet
met jullie dienstkleding. Ik ..... ik neem het niet, ik blijf geen dag
langer.'
'Wind je niet zo op, Gabri?l. Laat het nu voor vandaag zo. Dan praten we
er vanavond met z'n drietjes nog even over. Goed?'
Ik kijk hem aarzelend aan. Wat moet ik? Nog even aarzel ik, maar geef
dan toe.
'Goed, tot vanavond, maar dan trek ik gelijk iets anders aan.'
'We praten er vanavond over. Maar ik moet weg. Tot straks Gabri?l.'
Ik mompel een antwoord en zeg ook iets van: 'tot vanavond.'
Als Jean-Marie weg is, bekijk ik mijn spiegelbeeld nog eens in de hal in
de grote spiegel. Alles sluit zo strak rond mijn lichaam, dat ik net zo
goed niets aan kan hebben. Elke lijn van mijn lichaam is zichtbaar, door
de dunne stof van het kant is ook mijn huid zichtbaar. Broek en blouze
zitten als gegoten. Alsof het voor mij is gemaakt.
Maar kom. Ik zal eerst maar eens de boel verkennen. Via de keuken ga ik
eerst eens in de tuin kijken.
Het is gelukkig lekker weer, vrij warm. Buiten kijk ik mijn ogen uit.
Rond het huis ligt een vrij grote tuin met een garage en een schuur
achter het huis. Achter de garage gaat de tuin over in bos. En dat ook
aan de zijkanten en de voorkant. Alleen aan de voorkant loopt het
weggetje dat naar de bewoonde wereld moet leiden. Het huis ligt volkomen
ge?soleerd. Al zou ik weg willen, ik zou alleen lopend weg kunnen. En
dan nog waarheen?
Ik laat het maar zo en ga terug in huis. Eerst maar aan het werk. Om nu
de hele dag niks te doen, dat lokt me ook niet erg aan.
Ik begin maar met de slaapkamers aan kant te doen., maak de bedden op,
neem stof af, maak het bad schoon en ga dan in de salon verder.
Dan wordt het tijd voor koffie en zet ik een bakje koffie voor mezelf.
Scharrel een koekje op uit een kast en ga dan weer aan de slag. De
morgen gaat nog behoorlijk vlug voorbij.
Elke keer als ik langs een spiegel kom, kijk ik weer verwonderd naar
mijn beeld. In het begin schrik ik, maar na een tijdje ga ik er aan
wennen. Het is net of het niet meer zo bloot is.
's-Middags heb ik niets meer in het huis te doen. En deze kleding lijkt
mij nu ook niet geschikt om in de tuin te gaan werken. Dus houd ik me
een beetje rustig.
Ik kijk de boekenkast na of er iets te lezen staat voor me. Maar het is
veel wetenschappelijk werk, maar haast allemaal over homosexualiteit en
de gewone boeken die er staan hebben ook haast allemaal betrekking op de
homo-liefde. De tijdschriften die er liggen ook, maar gelukkig vind ik
er toch nog wel een paar algemene. Uit de schuur haal ik een kussen voor
??n van de tuinstoelen en met de tijdschriften ga ik lekker in de tuin
zitten, lekker in het zonnetje, een beker thee er bij. Dit is best
lekker, zo is deze baan wel uit te houden.
Maar ja, aan alle pleziertjes komt een einde. Ik moet voor het eten gaan
zorgen. Uit de boekenkast diep ik een paar kookboeken op en ga aan de
slag. In de koelkast en in de diepvries vind ik van alles. De eerste dag
maar iets lekkers uitzoeken. Ik hoop dat ze alles een beetje lusten.
Maar dat zal wel.
Het kokkerellen gaat me best aardig af. Ik zorg voor een soepje, daarna
een Indische maaltijd, bamie met alles er op en er aan en voor toe een
vruchten-mix. Er gaat nog behoorlijk wat tijd in zitten. Gelukkig komt
Jean-Marie niet om een uur of vier thuis, zoals Charles had gezegd.
Ik bof wat dat betreft. Zo rond half zeven komen ze allebei tegelijk
aan. Ik ben intussen net klaar, heb de tafel gedekt en een glaasje
ingeschonken. De begroeting is best aardig. Charles maakt een paar
grapjes, maar allebei zeggen ze niets over mijn kleding. Zelf wil ik er
ook nog niet over beginnen. Dat kan altijd nog wel na het eten. Tijdens
de koffie of zo.
Tijdens het eten praten we over algemene dingen. Het gesprek gaat in het
Frans, dus ik moet goed opletten om alles te kunnen volgen. Maar ze
praten over wat algemene dingen, over het werk en zo.
Een paar uur later, aan de koffie, begin ik tegen Charles over de
kleding.
'Dit kan toch niet de bedoeling zijn. Jullie verwachten toch niet dat ik
dit soort dingen ga dragen, h??'
Charles glimlacht even: 'Ik zou niet weten waarom niet, Gabri?l. We
hebben afgesproken dat je alles zou dragen wat wij je geven. Dat staat
ook in het contract, dus ik zou niet weten waarom je nu ineens moeilijk
gaat doen.'
'Ja, maar dit is toch geen mannenkleding, dat is ...... '
'Wat wil je zeggen?'
'Dit zijn vrouwenkleren of zo.'
'Wat of zo?'
'Nou, ik wil niet zo rond lopen. Alles is bij mij zichtbaar, en ......
Ik vertrouw het niet. Jullie gaan met elkaar en dan ik er bij in deze
kleren, ik ben bang, dat ......'
Ik ga niet verder, maar Charles antwoordt: 'je bent bang dat wij jou ook
willen verleiden.'
Even aarzel ik met mijn antwoord, maar dan knik ik: 'ja, ik ben bang dat
........'
'Nou Gabri?l, wat dat betreft kan ik je gerust stellen. Wij hebben
elkaar en wij zullen jou niet lastig vallen. Het enige wat wij willen is
iemand in
huis, die alles voor ons doet, het huishouden en zo. Maar wat wij wel
willen is iemand waar we met plezier naar kunnen kijken. Iemand die er
elegant bij loopt en elegant is gekleed. Je kan moeilijk doen, maar dan
kan je gelijk vertrekken. Hoe je in de bewoonde wereld komt, moet je
zelf weten. Maar als je hier wil blijven, dan zal je het bij ons goed
hebben. Maar wel in de kleren die wij je geven. Begrepen?'
Weer aarzel ik met mijn antwoord. Ik overdenk mijn situatie. Als ik met
die twee geen last krijg, geen gesodemieter aan mijn lijf krijg, wat kan
mij het dan ook schelen. Als zij dat zo graag willen, als zij mij in die
rare kleding willen laten lopen, als ze dat leuk vinden, waarom dan die
twee niet hun zin geven. Toch geef ik nog aarzelend mijn antwoord: 'nou,
goed dan. Ik draag voortaan wel wat jullie willen.'
'Fijn Gabri?l. Ik zal in het begin nog iets voor je klaar leggen, maar
na een tijdje moet je zelf maar iets uitzoeken. Dan weet je in elk geval
wat wij leuk vinden.'
Ik mompel iets dat op een antwoord moet lijken.
Jean-Marie heeft tot nu toe nog niets gezegd, maar dan zegt hij: 'wij
zijn samen erg gelukkig, Gabri?l. Dat moet zo blijven. Wij willen jou
echt niet in ons liefdeleven betrekken. Maar wij houden wel allebei van
prachtig gevormde mannenlichamen. Jij hebt een prachtig figuur, Gabri.
En daar willen wij dan veel van zien. Je bent voor ons een levend
beeldhouwwerk waar we graag naar kijken. Daar zal je aan moeten wennen.'
Ik word rood. Nog nooit heeft een man tegen mij gezegd dat ik een mooi
figuur had. Met een rood hoofd vlucht ik naar de keuken om nog eens voor
de koffie te zorgen.
Ik doe er lang over eer ik terugga met de koffie. Maar erg veel langer
kan ik het niet rekken. Terug in de kamer zitten Charles en Jean-Marie
naast elkaar op de bank. Onder mijn ogen zitten ze met elkaar te vrijen.
Charles zoent Jean-Marie fel op z'n mond. Met een vuurrood gezicht ga ik
op een van de andere stoelen zitten en weet niet hoe ik moet kijken.
Maar ze doen net of ik lucht ben en vrijen verder.
Charles zet een CD-plaatje op en samen dansen ze op de muziek door de
kamer, dicht tegen elkaar gedrukt schuifelen ze langzaam heen en weer.
De handen van Charles liggen op het achterwerk van Jean-Marie.
Ik kan er niet langer naar kijken en als ik mijn koffie op heb, zeg ik
zachtjes: 'het is morgen weer vroeg dag. Ik ben moe, ik geloof dat ik
maar naar bed ga.'
'Dat is best, Gabri?l. Denk er wel aan dat je eerst een bad neemt.'
'Ja hoor. Weltrusten.'
In koor klinkt het: 'weltrusten, Gabri?l.'
Ik vlucht naar boven, laat het bad vollopen en gooi mijn kleren uit.
Eindelijk verlost van dit rare pakje.
In bad laat ik mij lekkere weken. Dit is toch een luxe. Alleen hierom
zou ik willen blijven.
Terug in de kamer merk ik dat ik toch echt wel moe ben van deze dag.
Door al het nieuwe ben ik best wel aan bed toe. Ook nu kruip ik weer
naakt in bed. Om die spullen te dragen die in de kast liggen, daar begin
ik maar niet aan.
In bed, licht uit en proberen te slapen.
Maar net als ik een beetje ben weg gedommeld, merk ik dat de deur van de
slaapkamer open gaat. Geschrokken kom ik overeind. Het is Charles. Hij
zal toch niet ......
Hij doet het licht aan en komt naar het bed toe.
'Gabri?l, sorry dat ik nog stoor, maar ik wil je nog even iets laten
zien. Ik heb wat typewerk voor je. Zou je dat morgen voor mij willen
tikken?'
'Ja natuurlijk. Natuurlijk wil ik dat tikken.'
'Goed, kom dan nog even mee naar de kamer hiernaast. Daar staat een PC.
Ik zal je even laten zien hoe alles werkt en het typewerk laten zien.'
'Ja, maar ....'
'Wat is er?'
'Ik heb niets aan. Ik heb geen pyjama kunnen vinden in die kasten.'
'Je wil toch niet zeggen dat je naakt in bed ligt. Dat wil ik niet meer
Gabri?l. Er ligt genoeg nachtkleding in de kast. Ik zal wel even iets
pakken. Kom maar uit bed.'
Aarzelend sla ik het dek terug en klim uit het bed. Weer houd ik mijn
handen voor de strategische zones. Maar Charles heeft zich omgedraaid en
haalt iets uit de kast.
'Ik zal morgen lichtgroene kleding voor je klaar leggen, dus dat houdt
in dat je 's-nachts ook iets groens draagt en 's-morgens een groene
ochtendjas. Begrepen, Gabri?l?'
Ik knik en laat toe dat hij iets groens over mijn hoofd gooit en het
naar beneden trekt. Gelaten kijk ik in de spiegel. Het is een soort
babydoll. Het ding komt tot net tot over mijn billen en is finaal
doorzichtig.
Charles duikt weer in de kast en haalt er ook een paar groene slippers
uit. Ook hieronder zit weer best een aardig hakje. Aarzelend schuif ik
ze aan mijn voeten.
Waar ben ik aan begonnen? Maar vooruit maar.
Ik volg Charles naar de kamer naast de mijne. Hier ben ik nog niet
geweest. Op de drempel blijf ik even staan. Verwonderd kijk ik in het
rond. Het is een complete kantoorruimte. Er staat een groot bureau met
een PC er op, een printer, telefoon en een paar lage kasten. Ook hier
staan overal planten. Maar ook hier is alles in het roze. Net zo luxueus
ingericht als mijn kamer en net zo roze.
'Zo, ga maar achter het beeldscherm zitten, Gabri?l.'
Ik ga op de stoel achter het beeldscherm zitten. Het leer van de stoel
voelt koel aan aan mijn billen.
'Je weet hoe zo'n ding werkt?'
'Ik heb wel meer met een PC gewerkt. Erg goed ben ik er niet op thuis,
maar ik heb wel eens met WordPerfect en DW4 gewerkt.'
'Goed zo. Hier zit WordPerfect op. Start het even op, dan zal ik je
laten zien hoe ik het ingedeeld wil hebben.'
Ik zet het ding aan, kijk in de directory hoe ik het moet opstarten en
ga dan verder.
Als het op het scherm staat, komt Charles achter mij staan en laat zien
hoe de tekst moet worden ingedeeld. Zijn borst raakt mijn schouder, ik
ruik zijn parfum. Maar ik probeer me te concentreren op wat hij zegt.
Gelukkig heb ik het gauw onder de knie en komt Charles weer naast mij
staan.
'In deze envelop zit de tekst. Misschien levert dat nog wel problemen
op. Het is in het frans en het is handgeschreven. Als je problemen hebt,
je kan mij altijd even bellen. Het telefoonnummer staat er bij.
Bovendien is de PC op een modem aangesloten, zodat je de tekst altijd
even naar mij toe kan zenden, zodat ik kan kijken of het goed is.'
Hij legt uit hoe het modem werkt en ik zeg dat ik alles heb begrepen.
'Mooi zo, Gabri?l. Ga dan maar terug naar bed. Tot morgen.'
'Tot morgen Charles.'
Ik kruip weer in bed en probeer weer in slaap te komen. Maar dat duurt
nog wel even. Eerst moet ik nog even wat ik nu weer heb meegemaakt
verwerken. En bovendien, ik draag nu een babydoll en dat is ook even
wennen.
Allerlei gedachten tollen door mijn hoofd. Doe ik er wel goed aan om
hier te blijven. Nu loop ik al in een babydoll rond. Wie weet wat er
morgen weer voor mij mij klaar ligt. Ik moet er niet aan denken. Over
een poosje ben ik helemaal omgeturnd en ben ik net eender als die twee.
En daar pas ik toch wel voor. Stel je voor, hier een heel jaar zitten en
geen meisje zien. Daar zou je van je geloof van vallen. Zo schieten er
nog allerlei gedachten door mijn hoofd. Maar toch val ik na een tijdje
in slaap.
Hoofdstuk 4.
De volgende morgen ben ik al weer op tijd wakker. De muziek van de
wekkerradio haalt mij uit mijn dromen. Ik weet ze toch nooit te
herinneren, dus veel maakt dat niet uit.
Langzaam kom ik een beetje bij. Ik probeer na te denken welke dag het
dan wel is. Na een poosje rekenen kom ik er achter dat het vrijdag is.
De laatste werkdag van die twee waarschijnlijk.
Maar kom, ik moet er uit. Vlug was ik mij een beetje en trek dan een
groen geval over mijn babydoll aan. Het is lichtgroen en natuurlijk ook
nu weer behoorlijk doorzichtig. De groene slippers aan en op naar de
keuken, het ontbijt klaar maken. Eerst maar voor Charles en voor
mijzelf. Ik ben nog maar net klaar als Charles binnenkomt. Hij is dit
keer in een spijkerbroek en een jack. Heel wat anders dan gisteren in
zijn driedelig costuum.
Hij bekijkt mij even en zegt dan: 'hallo, Gabri?l, goede morgen.'
'Goede morgen Charles. Het ontbijt is klaar.'
'Goed zo. Ik heb honger, dus laten we maar gauw beginnen.'
We gaan aan tafel zitten en eten zwijgend ons ontbijt, drinken onze
koffie en thee.
Charles heeft kennelijk haast. Ik ben nog niet eens klaar met eten of
hij staat al op en zegt: 'ik ga er vandoor Gabri?l. Ik heb haast. Je
kleren voor vandaag liggen al klaar. Groetjes aan Paris en tot
vanavond.'
'Dag Charles. Tot vanavond.'
En weg is hij.
Vlug maak ik het ontbijt voor Jean-Marie klaar en breng het naar de
slaapkamer. Hij zit al op en ik zet het blad voor hem neer. 'Goede
morgen, Jean-Marie.'
'Goede morgen, Gabri?l.'
Terug op mijn kamer neem ik een bad en ga me dan kleden. Er ligt iets
lichtgroens op mijn bed en ik neem maar aan dat ik dit moet aantrekken.
Verbaasd houd ik het voor mij. Het is ook nu weer van kant en ook nu
weer finaal doorzichtig. Het is een soort jumpsuit. Voorzichtig trek ik
het ding aan. Met veel moeite krijg ik de rits op de rug dicht. Ik kan
er overal maar net bij. Het ding zit superstrak rond mijn lichaam en elk
deel is volkomen zichtbaar. Naast het bed staan een paar groene
schoentjes en die trek ik ook maar aan. Ook nu zitten er weer kleine
hakjes onder.
Gelaten kijk ik in de spiegel. Het zal wel even duren eer ik aan dit
soort kleren gewend ben. Maar kom, maar niet zeuren en aan de slag.
Beneden staat Jean-Marie op mij te wachten. 'Gabri?l, ik ga vanmiddag
voor de zaak naar Brussel. Als ik klaar ben ga ik naar Charles toe. We
eten samen in Brussel en we zijn denk ik zo tegen half negen thuis. Je
zult dus alleen moeten eten. Zorg er in elk geval voor dat de koffie
tegen die tijd klaar is. Ok??'
'Ja hoor, dat is goed. Ik zal zorgen dat de koffie klaar is.'
'Goed, tot vanavond dan.'
'Ja, eh. dag Jean-Marie.'
Als hij weg is, ga ik eerst op mijn gemak een kopje thee drinken. Een
hele lange dag voor mijzelf. Dat is lekker.
Na de thee ga ik aan de slag. Maak hier wat schoon, knap daar wat op,
doe de was, type de twee verslagen van vergaderingen van Charles en ben
de hele morgen toch wel bezig. Na het eten ga ik in de tuin kijken. Ook
daar moet toch wel iets gedaan worden. Veel onkruid staat er niet in,
maar een klein beetje wieden en het gras maaien is toch wel nodig.
Maar om dat nu in dit pakje te doen. Ik kijk eens rond in de schuur en
in de garage. In de schuur is er niets te vinden. Dan in de garage.
Eerst vind ik een paar laarzen. Dat is al iets. Verderop aan een spijker
hangt een soort tuinbroek. Dat is wel voldoende. Ik neem ze mee naar de
keuken, gooi mijn schoentjes uit en trek dan de jumpsuit uit.
De tuinbroek trek ik over mijn naakte lichaam aan. Erg veel bedekt het
nu ook weer niet. Aan de voorkant zit een stukje, dan een soort halter
en de achterkant is bloot tot aan mijn middel. Het broek gedeelte is ook
niet erg lang. Of beter gezegd het is superkort. Een heel kort strak
broekje. Ik stap in de laarzen, ze zijn iets te groot, maar het gaat.
Zo ga ik eerst de tuin wieden en daarna het gras maaien. In de schuur
vind ik een grote grasmaaier, zo ??n waar je zelfs op kan zitten. Dat is
wel nodig ook, want het is een behoorlijk groot grasveld, een compleet
gazon. Het ding neemt het gras gelijk mee, dus dat is weer meegenomen.
De hele middag scharrel ik in de tuin rond, drink tussendoor een beker
thee en pas tegen vijf uur stop ik er mee om voor mijn eten te zorgen.
Vlug was ik mij een beetje en trek dan de jumpsuit en de groene
schoentjes maar weer aan. In de keuken gooi ik vlug wat in elkaar. Ook
nu maar weer iets Indisch, gewoon een beetje nassi, dat gaat het snelst.
Na het eten was ik het kleine beetje even af en kijk daarna even naar
het nieuws op de televisie. Na het nieuws begin ik aan de koffie.
Precies half negen hoor ik twee auto's aankomen.
Ze zetten de auto's weg en ik zie ze door de tuin lopen, allebei met een
serie dozen bij zich. Ik hoor ze even bezig in de keuken, maar dan komen
ze de salon binnen.
'Hallo Gabri?l. Je hebt hard gewerkt zo te zien. Gras gemaaid, in de
tuin gwerkt. Je bent geweldig.'
'Ja, gras maaien was best hard nodig. Er is heel wat van af gekomen.'
'Je hebt toch niet in deze kleren ....'
'Natuurlijk niet. Ik vond in de schuur een korte tuinbroek en een paar
laarzen. Dat heb ik maar aangetrokken. Dit was denk ik in flarden
gegaan,' geef ik lachend als antwoord.
Charles lacht mee: 'ik zal morgen wel iets voor je kopen. Maar kom, wij
gaan in bad. Neem jij ook even een bad. Ik zal andere kleren voor je
klaar leggen. Het weekend begint dus dan trekken we iets anders aan en
jij ook. Hup, in bad.'
'Maar, maar ik heb koffie gezet en .....'
'Ok?, eerst een kopje koffie en dan opschieten.'
Ik schenk de koffie in en ga rond. Stil drinken we onze koffie op.
'Nog een tweede kopje? vraag ik nog.
'Nee, dat kunnen we straks altijd nog nemen. Eerst maar in bad,'
antwoordt Charles.
De twee gaan naar hun slaapkamer en ik naar mijn kamer. Ik doe mijn
schoenen uit en schiet uit mijn groene gevalletje. Ik neem het mee naar
de badkamer en stop het in de wasmand.
Intussen laat ik het bad vollopen, gooi er een lading badschuim in en
laat me dan lekker weken. Ik pak de shampoo en was mijn haar ook maar
gelijk. Ik zou eigenlijk best eens naar de kapper moeten. Het is al
aardig lang.
Terwijl ik zo lig te peinzen, komt Charles binnen. Hij is naakt.
Verwonderd kijk ik naar hem op. Wat zou hij nu weer willen? Hij is toch
behoorlijk groot en fors. Als hij iets met mij zou willen uitspoken, dan
heb ik weinig kans om hem van mij af te houden. Zo te zien is hij
behoorlijk gespierd.
Maar het enige wat hij zegt is: 'ik heb kleren en schoenen voor je klaar
gezet. Alleen dat trek je aan. Tot zo.'
'Ok?, tot zo meteen.'
Gelukkig. Ook dit keer is het weer meegevallen.
Maar kom, ik moet opschieten. Ik trek de stop er uit en spoel me af.
Afdrogen en terug naar de kamer. Naast het bed staan een paar schoenen
en op het bed ligt wat kleding. Veel is het niet zo te zien.
Eerst de blouze maar. Ik trek het ding over mijn hoofd en dan naar
beneden. Erg ver komt het niet. Maar kom, de broek. Ik trek de broek aan
en omhoog en schuif dan gelijk de schoentjes aan mijn voeten.
Nu pas durf ik in de spiegel te kijken. Stomverbaasd kijk ik naar mijn
spiegel-beeld. Dit kan Charles toch niet bedoelen. Mijn ogen dwalen van
boven naar beneden en dan weer terug. De schoentjes zijn heel lichtroze.
Maar dat is nog niet het ergste. Er zitten naaldhakken onder van zeker
een centimeter of tien. Aarzelend neem ik een paar passen. Het gaat.
Even wankel ik, maar ik kan er op lopen.
De broek of wat er voor moet door gaan. De pijpen zijn vrij wijd, maar
sluiten dan weer strak rond mijn enkels. En de blouze. Ook die heeft
lange mouwen, wijd en die sluiten dan weer strak rond de pols. Verder is
de blouze zo kort dat hij mijn hele buikpartij bloot laat. Het ding komt
maar tot een paar centimeter onder mijn tepels. En daar vandaan naar
boven loopt het gelijk wijduit. De kleur is heel licht, bijna wit, maar
het is lichtroze. Op verschillende plaatsen zijn er donkerroze hartjes
geborduurd. En dan nog het ergste, de stof is finaal door-zichtig . Als
ik naakt was geweest, had je net zo veel gezien. Elk deel van mijn
lichaam is door de voile-stof zichtbaar.
Aarzelend kijk ik in de spiegel. Moet ik dit nu ook al accepteren?
Waarom willen ze hebben dat ik er zo bij loop? Zouden ze toch iets met
mij van plan zijn?
Als ze maar weten dat ik niet aan hun spelletjes mee doe. Dat zal ik ze
wel eens eventjes gaan zeggen.
Maar als ik beneden kom, zijn ze allebei in de keuken. Ik ga naar hen
toe om ze maar eens goed de waarheid te zeggen. Maar dat lukt niet
direct. Charles vraagt: 'help je even snacks en zo maken?'
Even aarzel ik. Maar hun kleding is net zo apart als die van mij. Alleen
bij hun is niets zichtbaar. Ze dragen allebei een fluwelen broek en een
fluwelen blouze. Heel erg strak, de ??n in het rood, de ander in het
groen.
Dus help ik maar met allerlei dingetjes klaar te maken. Verwonderd kijk
ik naar de hoeveelheid.
'Het lijkt wel voor een heel weeshuis,' grinnik ik.
'Dat is ook wel nodig. Er komt zes man en dan wij met z'n drietjes, dus
het is voor negen personen.'
Stom verwonderd kijk ik Charles aan. 'Hoe bedoel je. Krijgen we visite?
Maar je wil mij toch niet in deze kleren rond laten lopen als er visite
is. Ik vind het al erg genoeg om alleen met jullie twee?n er bij zo rond
te lopen, laat staan met nog een heel stel er bij. Ik mag toch zeker wel
iets anders aan gaan trekken, h??'
Charles lacht even. 'Nee hoor. Dit is precies de bedoeling. En je hoeft
niet bang te zijn. Onze gasten zullen ook apart gekleed zijn. En het
zijn toch al stelletjes, dus hebben ze voor jou toch geen
belangstelling. Maar ze zullen het wel vreemd vinden als jij niet leuk
gekleed zou zijn.'
'Leuk gekleed? Je kan dit toch maar moeilijk leuk gekleed noemen. Dit is
verschrikkelijk. Alles is te zien en dan die schoenen met hoge hakken.
Ik lijk wel een mie ....., grietje.'
Ze lachen allebei nu om het hardst. En Charles antwoordt: 'We weten dat
jij geen mietje bent Gabri?l. Maar we willen wel dat je de kleding
draagt die wij willen. Als jij daar geen zin in hebt, dan moet je
vertrekken. Dan haal ik je spullen en kan je je omkleden en kan je terug
naar Nederland. Ik zal je geld voor de terugreis geven.'
'Maar ... maar hoe kom ik dan in het dorp?'
'We krijgen visite, dus zal je moeten lopen. En ik raad je aan om hier
maar te blijven. Je kan het hier heel goed hebben. Je hoeft hier echt
niet hard te werken. Jean-Marie heeft typewerk meegebracht, daar kan je
maandag aan beginnen. En je hoeft echt niet bang te zijn dat wij jou
zullen dwingen om met ons naar bed te gaan. We hebben elkaar en vinden
dat genoeg. Alleen, en dat weet je, we willen wel tegen een leuke jongen
in leuke kleren aankijken. Dus je zegt het maar.'
Aarzelend kijk ik van de ??n naar de ander. 'Ik vind het zo moeilijk.'
'Het zal best meevallen. Je kent hier toch niemand. En na een paar weken
weet je niet beter en vind je het misschien wel leuk om zo gekleed te
lopen.'
Even mopper ik: 'dat lijkt me stug.'
Maar ik overdenk mijn situatie. Eigenlijk ben ik gek. Wat kan mij het
schelen hoe ik er bij moet lopen. Als zij dat willen en ze beloven mij
niet bij hun sexleven te betrekken, wat zeur ik dan.
Aarzelend antwoord ik daarom dan maar ook: 'nou, vooruit dan. Ik zal
voortaan gewoon dragen wat jullie willen.'
'Goed zo, Gabri?l. Dus je draagt voortaan alles wat wij maar willen. Wat
het ook maar is en altijd.'
Even aarzel ik nog, maar antwoord dan: 'ja ok?. Ik beloof dat nu, dus
zeur ik er niet meer over.'
'Afgesproken Gabri?l. Kom opschieten dan, onze gasten komen zo.'
Hoofdstuk 5.
We zijn nog maar net klaar met alles op te maken en klaar te zetten of
ik hoor een auto aankomen.
'Doe jij open Gabri?l. Dan ben je er gelijk doorheen.'
Aarzelend kijk ik naar Charles. Maar eigenlijk heeft hij gelijk. Dus ga
ik naar de voordeur om open te doen.
Op het moment dat de deurbel gaat, maak ik de deur open.
Verwonderd kijk ik naar het zestal voor de deur. Ik had eigenlijk
allemaal mannen, allemaal mietjes verwacht. Maar voor de deur staan maar
twee mannen. De rest zijn vrouwen. Verbaasd kijk ik van de ??n naar de
ander.
'Mogen we niet binnen komen? vraagt een grietje in het frans.
'Sorry. Ja natuurlijk. Komt U binnen.'
In de hal krijg ik de gelegenheid om ze beter te bekijken. De mannen
zijn zeker apart gekleed. E?n draagt een zijden broek en overhemd in een
hele zachte pastelkleur, terwijl de ander helemaal in het leer is.
Dan de grietjes. Eigenlijk vind ik het een rotstreek dat Charles mij in
deze kleding de grietjes laat ontvangen. Ze moeten wel denken dat ik ook
een mietje ben.
Maar dan denk ik aan de woorden van Charles. Het zijn stelletjes. Zouden
die grietjes .........?
Ze zien er goed uit. Het zijn vier knappe grietjes en ook heel apart
gekleed. Bij alle vier zijn in elk geval hun tietjes goed zichtbaar. Ook
door hun blouze kijk je dwars heen.
Maar ik word in mijn overpeinzingen gestoord door Charles. Hij komt de
hal binnen en lacht: 'hallo jongens, kom verder. Hebben jullie al kennis
gemaakt met Gabri?l? Nee, dan zal ik jullie even voorstellen. Gabri?l
werkt sinds een paar dagen bij ons. Gabri?l' en hij wijst op de man in
zijde gekleed, 'dat is Manuel en dat is Rafael. Onze vier vriendinnen
zijn Miguella, Julia, Emilia en Stephanie.'
De grietjes komen naar me toe. Stuk voor stuk geven ze een hand en een
zoen. Een zoen vol op mijn mond. Ik voel dat ik rood word. Stephanie
slaat zelfs haar armen om mij heen en zoent me ook vol op mijn mond.
Door de dunne stof van haar blouze en de dunne stof van mijn blouze voel
ik haar tietjes tegen mijn borst. Als ze me los laat voel ik dat mijn
gezicht vuurrood is.
En dat wordt nog erger, want ook Manuel en Rafael geven mij niet alleen
een hand, maar ook een zoen. En ook zij zoenen mij vol op mijn mond.
Even aarzel ik, ril ik even. Ik weet niet wat ik moet doen. Gelukkig
redt Charles mij.
'Kom verder jongens.'
Terwijl zij naar de salon gaam, vlucht ik naar de keuken. Om voor de
koffie te zorgen.
Het wordt een gezellige avond, dat is zeker. Ik zorg voor de drankjes en
voor de snacks. Maar er blijft nog genoeg tijd over om bij het
gezelschap te zitten. Ze drinken wat, ze dansen en zo nu en dan pakt ook
??n van de meisjes mij beet en danst met me. Het is heerlijk. Elke keer
weer voel ik door de dunne stof heen de warmte van hun lichaam.
Maar toch dansen de meisjes meestal met elkaar. Het zijn toch duidelijk
stelletjes.
Miquella en Julia vormen duidelijk een paar en Emilia en Stephanie is
het andere stel. Ook Manuel en Rafael vormen een paar.
En ze schamen zich er niet voor om in mijn bijzijn met elkaar te vrijen.
Ze zoenen elkaar, de meisjes strelen elkaars tietjes. Ook de vier mannen
strelen elkaar herhaaldelijk. Ik vind het maar vreemd. Maar hoe langer
de avond duurt, hoe gewoner ik het ga vinden. Ik dans zelfs een keer met
Rafael, zonder er problemen over te maken. Het doet me zelfs wel wat als
ik het koele leer tegen mijn blote buik voel aangedrukt.
Maar gelukkig kan ik mijn pik ook als ik met de meisjes dans aardig in
bedwang houden. Stel je voor dat hij in dit gezelschap overeind zou
komen.
Later op de avond, of eigenlijk is het al nacht krijg ik het nog
behoorlijk moeilijk.
Het gebeurt als ik met Stephanie dans. Het is een langzame dans en we
dansen dicht tegen elkaar aan. Ook nu is het weer heerlijk. Ze zoent me
tijdens het dansen op mijn mond.
Zacht zegt ze: 'ik heb het bloedheet. Kom, dan ga ik iets anders
aantrekken.'
Ik heb het eigenlijk ook wel warm. Maar zoveel heeft zij nu ook weer
niet aan en ook dat van mij is geen dikke winterkleding. Maar toch volg
ik haar maar. Misschien is er iets te versieren.
Ze neemt me mee naar de logeerkamer.
Daar rommelt ze iets in de kasten totdat ze kennelijk iets heeft
gevonden. Voor mijn ogen kleedt zij zich uit. Helemaal. Naakt staat ze
voor de spiegel van de kast. Ze heeft alleen nog haar schoentjes met
hoge hakken aan.
Bewonderend kijk ik naar het pracht figuur voor mij.
Maar dan doet ze het kledingstuk voor dat ze uit de kast heeft gehaald.
Verwonderd kijk ik toe als ze de linten op haar rug vast maakt. Het is
een piepklein schaamschortje van hoogstens vijftien bij vijftien
centimeter. En de stof is nog zo dun dat haar schaamhaar er doorheen is
te zien.
'Ik heb er hier nog ??n, Gabri?l. Kom, kleed je uit, dan krijg jij ook
zo'n schortje voor.'
'Nee zeg. Daar begin ik niet aan. Dit is al hardstikke bloot en dat
bedekt helemaal niets meer.'
'Kom Gabri?l, stel je niet aan. Als jij niet meedoet, dan dans ik niet
meer met je.'
Besluiteloos kijk ik haar aan, kijk ik naar mijn spiegelbeeld. Ook
hierin is bijna alles te zien. Dus geef ik toe.
Gelaten trek ik de blouze en de broek uit. Overdonderd laat ik toe hoe
ze ook rond mijn middel een schortje vastmaakt. Ik kijk in de spiegel.
Ook dit is vrij doorzichtig en net zo klein als van haar. Het hare is
wit, het mijne heel lichtroze, net als de schoentjes met hoge hakken die
ik aanheb.
Ze pakt mijn hand en zegt: 'kom, dan dansen we verder.'
Ik laat toe dat ze mij meeneemt, terug naar de salon, terug naar de
anderen. Er gaat een gejuich op als we binnen komen.
Het dansen is nu nog leuker. Nu voel ik haar tietjes echt tegen mijn
blote borst, nu voel ik echt de hitte van haar lichaam.
Maar na de dans moet ik weer voor iets te drinken zorgen en zij danst
weer met haar vriendinnetje.
De remmen zijn nu wat weg en ook bij de anderen verdwijnen er zo nu en
dan wat kledingstukken. Ik geef iedereen iets te drinken en dans daarna
eerst met Rafael, dan weer met een paar grietjes.
Maar dan neemt Charles mij ineens in zijn armen. Dicht tegen hem
aangedrukt word ik over de dansvloer geleid. Ik probeer er een beetje
ruimte tussen te krijgen, maar dat lukt niet. Hij is veel sterker en
trekt mij tegen zich aan.
Zo gaat de avond en een groot deel van de nacht voorbij. Het is vier uur
als eer een eind aan het feest komt.
Ik ben doodmoe en ben blij als Charles het sein geeft, dat het genoeg is
geweest.
Charles vertelt waar iedereen kan slapen.
Even heb ik nog hoop dat dat voor mij goed uitpakt. Maar ik heb pech. De
vier meisjes mogen in mijn kamer, in mijn bed. En ik? Ik moet in de
logeerkamer, in ??n bed met die Rafael en Manuel.
Maar gelukkig zijn die twee mannen moe. Zodra ze in bed liggen, kruipen
ze tegen elkaar aan en vallen in slaap. Gelukkig wel. Wat ik heb niet
eens de kans gekregen om iets uit mijn slaapkamer te halen om aan te
trekken. Naakt moet ik naast die twee liggen. En ook zij zijn naakt.
Maar het duurt nog wel even eer ik in slaap val.
Hoofdstuk 6.
Het is een eind in de middag als iedereen weer weg is en ik mijn rust
krijg. Ik heb het hardstikke druk gehad. Ontbijt klaar maken en dat voor
negen personen. Het viel niet mee.
En dan had ik ook nog niks om aan te trekken. Pas toen die meiden uit
mijn kamer waren heb ik gauw een neglig? kunnen pakken. En een rommel
dat die meiden van mijn kamer hadden gemaakt. Ik had een uur nodig om
het allemaal weer op te ruimen.
En eindelijk kan ik dan in bad. Heerlijk laat ik mij weken in het hete
water. Dit maakt alles weer goed. Heerlijk zo te mogen doezelen. Dat
verzoent mij gewoon een beetje met die rare kleding die ik moet dragen.
Op dat moment komt Charles binnen. Weer als ik naakt ben. Het lijkt wel
of hij het er om doet. Maar hij blijft bij de deur staan en zegt: 'ik
heb je kleren klaar gelegd. Ik vind het leuk dat we in het weekend zo'n
beetje hetzelfde dragen. Wij gaan niet uit of zo, dus het is echt iets
huiselijks. Het ligt klaar, schoenen ook.'
'Ja hoor. Ik zal het aantrekken, Charles.'
'Goed. Dan gaan wij nu ook in bad. Zorg je voor een aperatiefje. Over
een uur in de tuin. Tot straks.'
'Tot straks, Charles.'
Hij is weer weg en ik ga verder met mij te laten weken. Maar na een half
uurtje is het wel genoeg. Ik trek de stop er uit en spoel mij lekker
schoon. Met de warme straal spuit ik het sop van mijn lichaam. Dan
afdrogen en terug naar de kamer.
Even loop ik nog wat rond, maar dan is het tijd om voor het apperatiefje
te gaan zorgen. Eens kijken wat ik nu weer moet aantrekken. Het is in
elk geval wit. Er ligt iets wits op het bed en voor het bed staan een
paar witte schoentjes.
Een beetje aarzelend pak het witte geval op. Het is een soort kaftan,
een soort Arabisch gewaad. Ik houd het even voor me, maar trek het dan
maar over mijn hoofd. Het is lang en komt bijna tot op de grond, het zit
vrij wijd, ook de mouwen zijn aan de wijde kant. Een beetje hulpeloos
kijk ik in de spiegel. De stof is erg dun. Om niet te zeggen erg dun.
Mijn lichaam is duidelijk zichtbaar door de dunne stof heen. Mijn tepels
en schaamhaar tekenen duidelijk af door de stof heen. Aarzelend pak ik
de schoentjes. Ook hieronder zitten weer vrij hoge hakken. Ook nu zeker
weer een centimeter of acht. Oh. Waar ben ik toch aan begonnen?
Maar vooruit maar weer. Er zal niets anders opzitten. Gelaten bekijk ik
mijn spiegelbeeld. Draai mij maar om en ga naar beneden, naar de salon.
Aan de bar maak ik de aperetiefjes klaar. Schenk voor Charles een port,
voor Jean-Marie een likeurtje en voor mij ook maar een glas port in. In
de keuken maak ik een paar snacks klaar, zet de hele boel op een
dienblad en breng het naar de tuin.
Ze zijn er nog niet. Maar net als ik naar binnen wil gaan om ze te
roepen, komen ze samen aan.
En ook zij dragen een witte kaftan. En ook die zijn net zo doorzichtig
als die van mij. Alleen Charles draagt er een paar slippers onder. Jean-
Marie draagt ook schoentjes met hoge hakken er onder.
Verwonderd kijk ik naar Jean-Marie. Zijn gezicht is opgemaakt, rond zijn
ogen zit eye-shadow, hij heeft rouge gebruikt, zijn lippen zijn rood en
zelfs zijn nagels zijn gelakt. Even wil ik iets zeggen, maar ik weet mij
nog net in te houden. Wat gaat mij het ook aan.
Verstolen kijk ik naar hun lichamen. Charles is fors gebouwd, niet
alleen zijn lichaam, maar ook zijn pik. Jean-Marie is tenger. Ook zonder
die make-up is goed te zien wie van de twee het vrouwtje speelt.
We gaan in de tuinstoelen zitten en nippen aan ons drankje. Zo nu en dan
sta ik op en presenteer wat van de snacks.
Zo verloopt de rest van de middag rustig.
Tegen zes uur ga ik voor het avondeten zorgen. Gelukkig helpt Jean-Marie
mij met het eten klaar maken. Samen brauwen we vlug iets in elkaar. Het
is nog lekker weer, dus eten we ook maar in de tuin.
Ook na het eten houden wij het rustig. Kennelijk zijn Charles en Jean-
Marie toch ook moe van de lange feestnacht. En Charles maakt er die
avond dan ook al vroeg een eind aan. Om een uur of elf gaan we al naar
bed. Ik vind het niet erg. Ook ik ben er wel aan toe. Zo lang heb ik
niet geslapen de afgelopen nacht.
Ook 's-zondags aan het ontbijt verschijnt Jean-Marie al opgemaakt en al.
Ook nu is hij weer bijzonder gekleed. Hij draagt een jurk. Met een
ongelovige blik staar ik hem aan. Maar ook nu durf ik niets te zeggen.
Na het ontbijt ga ik in bad. Charles zegt nog: 'ik zal wat voor jou ook
klaar leggen. Het is vandaag zondag, dus mag het best iets aparts zijn.
Ok??'
Even aarzel ik. Wat zal het nu weer zijn? Maar dan neem ik de beslissing
om niet meer over die kleren te zeuren. Dus antwoord ik: 'Ok?, Charles.'
Maar als ik na het bad in mijn kamer kom, ligt er toch wel heel weinig
klaar. Sierraden in elk geval wel. Een gouden halsketting, een gouden
slavenarmband, een gouden dameshorloge en een paar ringen liggen klaar
op de toilettafel. De kleren liggen op de stoel en de schoenen staan er
onder. Gelaten pak ik het spul op. Eerst een panty, een zwarte. Maar zo
dun en zo doorzichtig en ragfijn. Een slipje vind ik niet, dus moet ik
de panty over mijn naakte lichaam aantrekken. Voorzichtig trek ik het
ding aan, stop mijn gevalletje een beetje tussen mijn benen en pak dan
een blouze. Ook die is zwart en ook hiervan is de stof ragfijn en finaal
doorzichtig. De blouze heeft wijde mouwen die strak om mijn pols
sluiten. De schoenen zijn ook zwart. Maar wat voor schoenen. De hakken
zijn echte naaldhakken van zeker een centimeter of tien hoog. Ze passen
perfect. Maar toch wankel ik even als ik op die torenhoge hakken sta.
Voorzichtig loop ik naar de spiegel. Daar kijk ik naar mijn spiegelbeeld
en denk aan mijn beslissing om niet meer over de kleren te zeuren. Maar
is dit er wel onder begrepen? Dit is toch te gek. Dit kunnen ze toch
niet menen? Ik aarzel.
Maar dan haal ik mijn schouders op. Wat kan mij het ook schelen. Als zij
willen dat ik zo rond loop, vooruit dan maar. Als ze maar niet met mij
hun spelletjes willen spelen. En daar ziet het nog niet naar uit. En, en
ik hoef toch zeker zo niet de stad in. Ik blijf toch lekker hier in
huis.
Gelukkig verloopt de dag heel gewoon. Geen bezoek, geen last van die
twee. Het wordt een heerlijk rustige dag.
De