Marcel of Marcelle
what is in a name...
door
Marcel van Amoren.
Hoofdstuk 1.
Een beetje vertwijfeld loop ik door Utrecht. Ik zit zonder werk
en dat is me nog niet eerder gebeurd. Eigen schuld natuurlijk.
Thuis in mijn klein provinciedorpje had ik een goede baan,
verdiende best lekker, hoefde thuis niet veel af te dragen, maar
het verveelde me en ik wilde naar de grote stad.
Dus op een goede dag of eigenlijk meer op een kwade dag gooide
ik mijn kop in de wind en vertrok naar de grote stad. Eerst
Amsterdam, want dat is natuurlijk het einde, maar daar zaten ze
niet op mij te wachten en na ongeveer een maand naar Utrecht.
Maar ook hier heeft niemand een administratieve kracht nodig en
dus zwalk ik al weer veertien dagen door Utrecht zonder succes.
Ik zou best weer terug naar mijn vertrouwde dorp terug willen,
maar ik ben nu eenmaal weer te trots om een nederlaag te
erkennen. En dus schrijf ik opgetogen brieven naar huis met hoe
ik het wel getroffen heb in de grote stad.
Maar als ze eens wisten dat ik nog steeds geen werk heb en ook
al aardig door mijn spaargeld heen raak. Maar dat schrijf ik
toch maar niet.
Al slenterend ben ik een eindje van het centrum afgeraakt. Ik
probeer me te ori?nteren, maar het komt me totaal onbekend voor.
Zo te zien ben ik in deze buurt nog nooit eerder geweest.
Het is hier vrij stil en ik kijk al naar iemand uit om de weg te
vragen, de weg terug naar het centrum. Ik passeer een klein,
doodlopend straatje. Tot mijn verwondering zie ik een
uithangbord van een uitzendbureau. Langzaam loop ik het straatje
in en blijf voor het winkeltje staan. Het is in elk geval niet
groot, een deur en een klein winkelraam en dan heb je het gehad.
De ramen zijn zwart en ik kan niet naar binnenkijken. Met
sierlijke letters staat er op het raam:
'Uitzendbureau Lovable'.
Een beetje achterdochtig bekijk ik het geheel. Erg vertrouwen
doe ik het niet, maar mijn nieuwsgierigheid en de drang om een
baantje te vinden winnen het van mijn achterdocht.
En dus stap ik op de deur af, maak 'm open en stap naar binnen.
Verwonderd kijk ik in het rond. Er is niemand te zien, het is
alleen een soort wachtkamertje, een zacht roze licht heft niet
helemaal de duisternis op. Op de grond liggen wat roze kussens
om op te zitten, verder is er niets. Ook geen levend wezen.
Dan valt mijn oog op een bordje: 'Gaat U zitten en bij de
zoemtoon kunt U naar binnen gaan.'
Eigenlijk wil ik al weer weg gaan. Mijn achterdocht groeit nog.
Maar de buitendeur is automatisch achter mij dicht gegaan en is
ook alleen maar weer automatisch te openen. Een deurknop zit er
niet op. Dus dan toch maar gaan zitten en afwachten.
Ik neem plaats op ??n van de kussens en zak er diep in weg.
Lijdzaam wacht ik af. Het is doodstil, geen geluidje van straat
of uit de zaak zelf. Niets, eng stil is het. Ik kijk op mijn
horloge, het is bijna vier uur.
Zo zit ik daar, vijf minuten, tien minuten, het wordt me angstig
te moede. Maar dan, na een kwartier gaat de zoemtoon. Nog zo
onverwachts dat ik toch nog schrik. Ik spring geschrokken op en
loop op de deur af die vanzelf openspringt. Achter de deur ligt
een lange gang met een aantal deuren, waarvan er ??n open
staat. Daar ga ik naar binnen. Ook deze kamer is helemaal in het
roze en er staat een enorm roze bureau. Ook hier is niemand en
aarzelend blijf ik staan., niet wetend wat ik moet doen. En weer
is de deur automatisch achter me dicht gegaan. Het is maar een
vreemde zaak.
Plotseling gaat er een andere deur open en stapt een vrouw naar
binnen. Zonder mij een blik waardig te keuren gaat ze achter het
bureau zitten. Ze ziet er fantastisch uit, dat is zeker. Lang,
slank, blond haar, knap gezicht, maar zich bewust van dat alles.
Ik probeer met: 'dag mevrouw, mijn ...' het gesprek op gang te
brengen, maar met een beweging legt ze me het zwijgen op en gaat
ze aan het werk.
En mij laat ze zo staan, zeker wel een minuut of tien. Maar dan
kijkt ze op: 'ja', klinkt het kortaf.
'Dag mevrouw, ik ..., ik dacht dat U misschien een baantje voor
me had, dit is toch een uitzendbureau?'
'Natuurlijk is dit een uitzendbureau, dat staat toch op het
raam.'
Even is het stil, dan gaat ze verder: 'zo, dus je zoekt een
baantje, wat voor baan dan wel?'
'Het liefst iets administratief, mevrouw, daar heb ik wat
ervaring in.'
'Zo, dus je hebt al wat ervaring, hoe oud ben je dan wel?'
'Negentien mevrouw.'
'Hoe heet je?'
'van Amoren, mevrouw.'
'Is dat je achternaam. Hoe heet je voluit?'
'Marcel Paul van Amoren, mevrouw.'
Ze zegt niets, maar kijkt me een poosje aan. Dan staat ze op en
loopt om mij heen. Ze is zelfs iets langer dan ik en ik schat
haar op een jaar of dertig. 'Zo te zien ben je ongeveer ??n
meter vijfenzeventig lang. Hoeveel weeg je?'
'Ongeveer achtenvijftig kilo, mevrouw.'
Ze gaat weer zitten achter haar bureau. 'Misschien heb ik wel
een baantje voor je. In het kamertje hiernaast ligt een
formulier, vul dat even in.'
Even aarzel ik. Wat voor baan zou het eigenlijk zijn? Maar dan
ga ik naar het aangewezen kamertje. Daar staat een tafeltje en
een formulier ligt er op. Ik ga zitten, pak de pen die op tafel
klaar ligt en vul het formulier in.
Ze vragen het hemd van mijn lijf. Ik heb al meer formulieren
moeten invullen, maar zo uitgebreid nog nooit. Zelfs over
verkering en zo.
Ik ben er een behoorlijk tijdje mee bezig en als ik er dan
eindelijk mee klaar ben, zie ik op mijn horloge dat het al weer
vijf uur is geweest.
Ik ga terug naar haar kamer en tik netjes op de deur. Pas op
haar binnen ga ik de kamer in.
'Als-t-u-blieft mevrouw.'
'Alles naar waarheid ingevuld?' klinkt het.
'Ja mevrouw.'
Ze kijkt vluchtig het formulier door. 'Zo, zo, je bent dus
alleen in de grote stad. Wel misschien heb ik een baantje voor
je. Ik zal nog een foto van je nemen en dan bel je me morgen
tegen vijf uur even op. Dan weet ik wat meer.'
'Graag mevrouw.' Zou het dan bij dit bureau dan toch nog lukken?
Het is onvoorstelbaar, maar geluk heb ik, dat is zeker.
Ik volg haar naar een andere kamer. Daar staat een fototoestel
klaar en ik moet tegen de wand staan. Ze maakt een paar foto's,
waarvan ??n op haar verzoek zonder colbertjasje.
Ze knikt nog even naar me, drukt op een knop en ik kan door het
wachtkamertje naar buiten.
Daar haal ik opgelucht diep adem. Op de hoek van het straatje
kijk ik nog eens goed hoe het straatje heet en hoe de straat
heet waar het op uit komt. Ik ga nu op zoek naar het centrum. Ik
let nu beter op en al gauw heb ik het juiste spoor weer
gevonden.
In een goedkoop restaurantje werk ik wat naar binnen en ga
daarna maar terug naar mijn kamertje in dat kleine hotelletje.
Die avond ga ik maar vroeg naar bed. Misschien gaat dan de tijd
sneller.
De volgende dag, het is nu vrijdag, loop ik nog een paar zaken
af voor een baan, maar het wordt niets. Kwart voor vijf bel ik
het opgekregen nummer.
In gesprek, ook dat nog.
Maar een tweede keer lukt het wel: 'Uitzendbureau Lovable.'
'Ja mevrouw, U spreekt met Marcel van Amoren. Ik zou U nog
terugbellen voor dat baantje.'
'Jij bent die jongen van gistermiddag tegen vijf uur?'
'Ja mevrouw, dat ...'
'Kom maandagmorgen half negen bij me, Marcelle.'
Even ben ik stomverbaasd. Maar dan vraag ik: 'heeft U echt een
baantje voor me, mevrouw? Mag ik ...'
'Tot maandag Marcelle', onderbreekt ze me kortaf.
'Dank U wel mevrouw, tot maandag mevrouw, ik zal er zijn.'
Zenuwachtig leg ik de haak er op en ga terug naar mijn kamer.
Hoofdstuk 2.
Ook die maandagmorgen ben ik nog zenuwachtig en ben ik veel te
vroeg bij het uitzendbureau. Zeker een half uur moet ik wachten
eer de deur voor mij open gaat. Ik hoef nu niet zo lang te
wachten in het kamertje. Na een paar minuten mag ik al
doorlopen. Ze zit nu achter haar bureau.
'Goede morgen mevrouw.'
'Ja?'
Even ben ik onzeker. 'Ik mocht komen mevrouw, U had een baan
voor me.'
'Oh ja, jij bent die Marcelle, niet?'
'Ja mevrouw, Marcel van Amoren.'
'Goed, hier is een kaartje met het adres. Half elf meld je je
daar. Je kan daar intern, dus je kan al je spullen gelijk
meenemen. Je bent daar een week op proef en dan kijken ze of ze
je willen houden.'
'Fijn mevrouw, dank U wel, mevrouw', en ik neem het kaartje aan.
'Goed Marcelle, als je daar wordt ontslagen kom je onmiddellijk
weer naar me toe, misschien heb ik dan wel iets anders voor je.
Dag Marcelle.'
'Dag mevrouw, nogmaals, dank U wel.'
Ik vlieg de winkel uit, een klein beetje beledigd door dat
Marcelle. Op straat pas bekijk ik het kaartje. Verwonderd lees
ik:
Orchidee Schoonheidssalon - O.B.S.
schoonheidssalon, electrisch eplileren,
manicure, pedicure, sauna, zonnebank
---- modeartikelen ----
- complete verzorging voor de vrouw -
- opleidingsschool voor schoonheidspecialiste -
mevr. D. Maestra Duro - tel. 030 - 0101010
...130, 0000 ZZ Utrecht
Ik snap er niets van. Een schoonheidssalon. Wat voor baantje
kunnen ze daar nu voor mij hebben. En dan nog wel intern.
Maar vooruit. Misschien hebben ze gewoon iemand nodig voor de
administratie en kan ik intern komen omdat die mevrouw heeft
gezien dat ik in een hotelletje woon. Dat zal het wel zijn.
Welgemoed ga ik op stap. Eerst naar mijn hotelletje, mijn
spulletjes halen, betalen en opzeggen.
Het inpakken neemt niet zoveel tijd in beslag. Dan alles
afrekenen en op stap. Het is een adres in de betere buurten van
Utrecht en best nog wel een eindje lopen. Dus pak ik de bus
maar.
Even voor half elf ben ik er. Het is een vrij grote villa met
een grote tuin er om heen. Ik loop naar de voordeur. Er hangt
een koperen bordje naast de deur met dezelfde naam als op het
kaartje. Met de openingstijden. Van tien tot zes uur en
's-maandags gesloten.
Daarom is kennelijk de deur dicht en moet ik aanbellen. Na een
paar minuten pas wordt de deur open gedaan door een meisje. Een
jaar of twintig schat ik haar. Heel zorgvuldig opgemaakt, strak
truitje, strakke spijkerbroek en schoentjes met hoge hakken er
onder. Mijn ogen registreren geen BH onder het truitje. Ze heeft
lang blond haar.
Vriendelijk vraagt ze: 'wat kan ik voor je doen?'
Ik word rood: 'ik ..., een mevrouw van een uitzendbureau heeft
me gestuurd. Voor een baantje.'
'Oh ja, dat klopt. Kom maar mee. Laat je koffer maar zolang in
de vestibule staan. Ik heet Virgine en jij?'
'Marcel, juffrouw.'
Ze lacht: 'noem me maar Virgine hoor. We noemen elkaar allemaal
bij de voornaam, behalve mevrouw dan.'
Virgine loopt de gang in en op een deur af. Ze klopt en zegt
tegen mij: 'wacht hier maar even, Marcel. Ik kom je zo halen.'
Ik wacht voor een monumentale eiken deur. Het duurt weer even,
maar dan gaat de deur open en komt Virgine naar buiten: 'Je kan
naar binnen, Marcel', en zachtjes zegt ze er achter aan: 'netjes
voor het bureau blijven staan tot ze begint, denk er aan.'
Ik knik en ga de kamer in. Een knots van een kamer, heel erg
luxueus ingericht, met een zitgedeelte, een vergadergedeelte en
een werkgedeelte.
En in het werkgedeelte staat een enorm bureau en achter het
bureau zit een mevrouw. Ik loop tot voor het bureau en blijf
dan staan.
'Goede morgen mevrouw.'
Maar ze blijft aan het werk en zegt niets. Het is een schoonheid
van een vrouw, heel chiq gekleed, niet zo jong meer, begin de
vijftig schat ik.
Ze kijkt niet op en gaat rustig door met werken. Er gaat een
kwartier voorbij en ik sta daar, te wiebelen van mijn ene been
op mijn andere been.
Plotseling kijkt ze op: 'je kan daar op de bank gaan zitten.'
'Dank U wel, mevrouw', antwoord ik zo beleefd mogelijk en denk
bij mijzelf: 'het werd tijd.'
Ik ga naar de aangewezen bank en ga zitten. Na een paar minuten
staat ze op en komt ze tegenover mij op een stoel zitten.
'Heb je al iets gedronken?'
'Nee mevrouw, nog niet.'
'Achter die deur is een klein hokje, er staat koffie klaar.
Schenk twee kopjes in.'
Het is meer een bevel, dan een verzoek. Maar ik loop naar de
aangewezen deur en vind er inderdaad een piepklein keukentje,
hooguit twee bij een meter. Er staat een koffiezetapparaat en de
koffie is warm. Ik vind kopjes en een kannetje koffiemelk.
Suiker is nergens te vinden, ook niet in het kastje.
Ik schenk de twee kopjes in, zet ze op een dienblad, het
kannetje melk er bij en breng het naar het zitje. 'Wilt U melk
mevrouw?'
'Een klein scheutje.'
Ik doe er een vleugje in en bij mij een vleug. Het kopje met het
vleugje geef ik aan haar. 'Ik kan nergens de suiker vinden
mevrouw.'
'In een schoonheidssalon suiker, natuurlijk niet. Hier in huis
wordt geen suiker of iets dergelijks gebruikt.'
Dus drink ik uit armoe mijn koffie ook maar zonder suiker.
Ik wacht nog steeds tot zij begint, maar ze neemt alle tijd. Ze
bestudeert me uitgebreid terwijl zij haar koffie opdrinkt. Ze
blijft er mee in haar handen zitten, dus sta ik op, pak het
kopje van haar aan en zet het op het tafeltje.
'Dank je wel, Marcel. Marcel heet je toch h?? Hoe heet je nog
meer?'
'Marcel Paul van Amoren, mevrouw.'
'Goed, Marcel, dus je wilt hier in de schoonheidssalon komen
werken. Wel, je krijgt een week de tijd, hebben we niets aan je,
dan sta je op straat. Maar ik neem aan dat je er alles aan wilt
doen om de baan te houden?'
'Oh ja mevrouw, natuurlijk wil ..., wat voor werk ...?'
Maar ze onderbreekt me: 'ik stel hier de vragen Marcel en ik
vertel wel wat ik van je verlang, begrepen?'
'Oh ja mevrouw,' antwoord ik timide.
'Dit is ??n van de beste schoonheidssalons van het land. Wij
hebben hier in huis verschillende salons, een fitness-ruimte met
allerlei toestellen, verder een epileer-, een manicuur-, een
pedicuurafdeling. We hebben een sauna, een zonnebank en
dergelijke. En bovendien geven wij onderwijs. Je kan bij ons
voor schoonheidsspecialiste leren Marcel. Ik ben hier de
directrice, dan hebben we drie oudere dames als cheffin en die
tevens les geven. Verder vijf meisjes voor allerlei
assistentie-werkzaamheden. Zij worden bij het lesgeven ook
gebruikt als model. Het zesde meisje heeft onlangs ontslag
genomen en daar kom jij voor in de plaats. Je doet hetzelfde
als alle andere meisjes, maar alleen jij doet er het
administratieve werk bij. Wat brieven typen, bestellingen doen,
de administratie bijhouden en meer van dat werk. Dat dus wat je
werk betreft. Schenk nu nog maar eerst twee kopjes koffie in
Marcel.'
Vlug sta ik op en doe wat ze vraagt. Als ik haar haar koffie heb
gegeven en ik zit, gaat ze verder.
'Jij bent hier intern. Boven op zolder zijn drie kamers. In twee
er van zitten vier meisjes en jij krijgt de derde kamer,
voorlopig alleen. De meisjes dragen tijdens hun werk een soort
jas, zoiets als in het ziekenhuis, maar dan een beetje leuker.
Dat geldt ook voor jou natuurlijk. Er zijn vijf kleuren, voor
elke dag een vaste kleur. Virgie zal je wel alles wijzen. Wat
het eten betreft. De offici?le tijden zijn om half tien
's-morgens en half zeven 's-avonds. De internen maken
gezamenlijk het eten klaar, ook voor mij. Dan het salaris. de
eerste drie maanden kost en inwoning plus honderd gulden
zakgeld. Daarna bekijken we je prestaties en stellen we je
salaris vast. Dat is het zo'n beetje. Ik zal Virgine bellen, dan
brengt ze je naar je kamer. Vanavond zie ik je bij het diner. Ik
hoop dat we vel plezier van je hebben, Marcel.'
Ik heb nog een heleboel vragen, maar krijg totaal geen kans. Ook
het salaris is de moeite niet, maar ze staat op en ik ben verder
lucht voor haar.
Virgine komt binnen en neemt me mee. Ik haal mijn koffer uit de
vestibule en we gaan op zoek naar mijn kamer. Helemaal op
zolder. Tot de tweede ?tage gaat een klein liftje en daarna
moeten we de trap nemen. Op zolder zijn drie kamers, twee
tegenover elkaar en ??n aan het eind van de gang.
Virgine vertelt: 'het zijn drie twee-persoonskamers, elk met een
doucheruimte. Jij boft dat er verder niemand intern is, anders
moest je ook je kamer delen. Maar dat komt nog weg. Ze zal wel
vlug nog iemand aannemen.'
'Je bedoelt als er nog een meisje intern komt, zij gewoon bij
mij wordt gestopt.'
Ze lacht: 'ja natuurlijk, waar anders? Maar misschien wordt het
ook wel een jongen. Het is voor het eerst dat mevrouw een jongen
aan neemt, dus misschien nog wel meer.'
Virgine doet de achterste deur open en gaat naar binnen: 'Zo
Marcel, dit is jouw kamer.'
Verwonderd kijk ik in het rond. Het is heel erg vrouwelijk
ingericht, alles in het roze en een twee-persoonsbed. In de hoek
is een deur naar de douche-ruimte. Het is nog vrij ruim. Buiten
het bed staat er nog een tweezitsbank, een grote driedeurskast,
twee nachtkastjes, twee toilettafels en een klein tafeltje. In
de doucheruimte een douche, een WC, een bidet en een wastafel.
'Kijk Marcel. Dit zijn de jassen die je moet dragen. Op elk
haakje staat de dag vermeld. Daar liggen slipjes in dezelfde
kleur en ook vijf paar slippers in dezelfde kleur. Het is altijd
erg warm hier in huis, dus het is meer dan voldoende. Na afloop
van het werk stop je alles in de grote wasmand die op de gang
staat. Het wordt dan gewassen.'
Een beetje verontrust kijk ik naar de jassen. Allemaal heel erg
zachte pastel-kleuren zoals lichtroze, lichtgroen, cr?me en meer
van die kleuren.
'We eten geloof ik maar twee keer per dag h?', vraag ik dan,
want dat lijkt mij een beetje weinig.
'Ja om half tien en om half zeven. Verder moeten we om acht uur
op staan. Om elf en twaalf uur is er koffie. Ook daarbij moet
je helpen. 's-Avonds is er om negen uur koffie en om tien uur
een glas sinasappelsap of crape-fruit of iets dergelijks. Om
half negen 's-morgens krijgen we dat ook.'
'Hoe zit dat 's-avonds?'
'Wel, er is een kleine recreatieruimte in het sous-terrain. Daar
brengen we de avond door. De dienstkleding draag je tot na het
avondeten, daarna moet je hetzelf weten, als je maar weet dat
mevrouw erg tegen dat soort costuums is en zo. Om vijf voor elf
moeten we naar boven, elf uur op onze kamer en daarna naar bed.
Dat is het zo'n beetje.'
'Nog ??n vraag. Hoe is het op zaterdag en zondag?'
'De zaterdag is een gewone werkdag. Op zondag en maandag zijn de
salons gesloten. Wel wordt er soms op maandagmiddag les gegeven.
De tijden die ik je heb genoemd gelden ook voor de zondag en de
maandag. Verder ben je vrij of je moet een aparte opdracht van
mevrouw krijgen. Zo, ga nu je spullen maar uitpakken. Ik ga weer
verder, om half zes gaan we het eten klaar maken en kom ik je
wel halen. Tot straks.'
En weg is ze. Eigenlijk heb ik nog een hele serie vragen, maar
nee, geen kans.
Hoofdstuk 3.
Zuchtend maak ik de koffer open en haal mijn spullen er uit.
Mijn costuums hang ik in de kast. Er hangen al meer broeken,
spijkerbroeken, van die glansbroeken, wat T-shirts, blouses,
truitjes en zo. Zelfs heb ik alleen maar costuums en overhemden.
Dat wordt wat, wat moet ik straks aantrekken?
Mijn scheerapparaat leg ik in de toilettafel. In de doucheruimte
vind ik al zeep, een tandenborstel, tandpasta, doucheschuim,
shampoo en zo. Dat hoef ik in elk geval al niet te kopen.
Ik kijk even uit het raam. Veel is er niet te zien, wat
boomtoppen en in de verte wat daken.
Wat moet ik nu doen? Uit armoe ga ik maar onder de douche. Loom
zeep ik mij in onder de hete stralen. Hier geniet ik van? Dit is
luxe na de ?tagedouche in het hotelletje met meestal koud water.
Na het douchen trek ik een broek van ??n van mijn costuums aan
en doe er een overhemd boven. De mouwen rol ik op en ik doe geen
stropdans om. Misschien kan dit in de ogen van mevrouw genade
vinden.
Er liggen wat tijdschriften, maar allemaal op het gebied van de
schoonheid of de mode. Verveeld blader ik ze door.
Maar eindelijk is het half zes. Virgine loopt binnen, zonder
kloppen nog wel. Het schijnt gewoon te zijn, want ze vraagt
vriendelijk: 'ga je mee, Marcel, gaan we het eten klaar maken.'
Ze bekijkt me even: 'mm, ik geloof niet dat mevrouw dit onder
leuke kleding verstaat, Marcel.'
Maar ik geef daar maar geen antwoord op en volg haar naar
beneden. In een soort sous-terrain is ook de keuken. De andere
meisjes wachten al. Virgine stelt mij voor aan de rest. 'Dit is
Marcel, jongens. Marcel, dat is Wendy.'
Ze wijst op een lange slanke blonde schoonheid.
'Dat is Beryl', een zwartharig ding, ziet er erg leuk uit. Dan
krijgen we Maud, ook donker en erg knap.
Ze lachen vriendelijk, maken grapjes dat er nu eindelijk een
jongen bij is. Maar dan gaan we aan de slag. Iedereen doet wat
en ook ik moet er aan geloven. Intussen hoor ik wat meer. Hier
in het sous-terrain is dus ook onze recreatie- en eetruimte. De
begane grond en de eerste ?tage zijn voor de salons en op de
tweede ?tage zijn de kamers van mevrouw. Soms eet ze hier
beneden, soms op haar kamer. Ligt kennelijk aan haar bui.
Maar dit keer eet ze bij ons. Om even voor half zeven hebben we
de tafels gedekt en staat alles klaar. Precies half zeven komt
ze beneden en gaan we aan tafel. De meisjes maken grapjes
tijdens het eten, maar mevrouw en ook ik zijn nogal stil.
Maar als we ons toetje op hebben zegt ze: 'ik zie liever geen
costuums en overhemden en dergelijke, Marcelle. Ik verwacht je
voortaan in iets anders. Zelfs een spijkerbroek met een truitje
vind ik best. Er hangt zeker nog wel iets in de kast op je
kamer.'
'Goed mevrouw, ik zal er voortaan aan denken', antwoord ik
braaf.
Na het eten wassen we af en gaan daarna terug naar de
recreatiezaal. Er is televisie, een installatie compleet met
radio, CD-speler enzo. Er is voor spelletjes gezorgd, we
hoeven ons niet te vervelen.
Mevrouw is weer naar boven en wij kijken televisie. We drinken
koffie. De meisjes kletsen en ik luister wat stilletjes toe. Ze
praten vrij open zo onder elkaar. Ik kom er achter dat Virgine
en Maud samen een kamer hebben, terwijl Wendy en Beryl de andere
kamer hebben.
Tegen tien uur gaat Wendy voor het sap zorgen. Het is
grape-fruit en veel te zuur. Manmoedig slik ik het maar door.
En even voor elven is het tijd om te gaan slapen. We kunnen
niet allemaal tegelijk in de lift, dus moeten we om de beurt. Ik
ga samen met Virgine. Boven zegt ze nog: 'Weltrusten Marcel.
Morgen om ongeveer half negen komt iemand de sinasappelsap of zo
brengen. Iedereen krijgt een beurt om dat klaar te maken en rond
te brengen. Het wisselt per week. Verder, mevrouw wil niet dat
je je kamer afsluit. Dus gewoon open laten. Dag.'
'Weltrusten Virgine, tot morgen.'
In mijn kamer kleed ik me vlug uit, pak mijn pyama en trek 'm
aan. Nog even tanden poetsen en ik kruip in bed. Ik ben toch nog
vrij moe door het ongewone en al gauw val ik in slaap.
De volgende morgen ben ik om ongeveer half acht wakker. Even
doezel ik nog na, maar ga dan maar aan het werk. Eerst maar even
scheren, dan kan ik er weer een poosje tegen. Mijn baard groeit
niet zo hard. Dan onder de douche, heerlijk was ik me onder de
warme stralen. Dan afspoelen en afdrogen.
Naakt loop ik terug naar de kamer. Ik ben net in het midden van
de kamer als Wendy binnen stapt. Blonde Wendy met de
sinasappelsap. Verschrikt houd ik mijn handen voor mijn
gevalletje, maar ze lacht vriendelijk: 'goede morgen Marcel,
hier is je sap.'
'Goede ..., goede morgen Wendy', stotter ik. Ze draagt een
licht doorschijnend neglig?. Maar veel tijd om haar nader te
bekijken krijg ik niet. Ze drukt het glas in mijn hand en weg is
ze weer.
Nog steeds een beetje onder de indruk drink ik het glas leeg.
Ook nu is het voor mij een beetje te zuur. Nee, dit is niets
voor mij.
Maar kom, ik moet me aankleden. Veel is het niet. Eerst het
slipje. Ik kijk op het hangertje welke kleur vandaag aan de
beurt is. Licht roze voor de dinsdag, dus het roze slipje. Het
is niet erg groot en ook nogal doorschijnend. Ik trek het aan en
probeer er alles in te proppen. Dat lukt maar net.
Nu de lichtroze jas. Ik trek 'm aan en maak de knopen dicht. Het
is geen gezicht. Het ding eindigt een aardig eindje boven mijn
knie?n en zo wel aan de bovenkant als aan de onderkant blijft er
ook nog een stukje open. Een redelijke split dus. Dan de
slippers, ook in het lichtroze. Slippers met alleen een bandje
over de wreef. Het ergste is nog dat een hakje onder zit. Wel
niet zo hoog, maar onmiskenbaar een hakje.
Ik bekijk mezelf inde grote spiegel en zie me nu van top tot
teen. Het is echt geen gezicht. Ik zal toch maar vragen of ik
niet iets anders kan dragen.
Waarom moet mij dat nu weer overkomen? De jas is erg
doorschijnend, mijn tepels en mijn slipje is goed zichtbaar.
Door het slipje heen is zelfs mijn schaamhaar nog vaag te zien.
Nu zie ik pas dat links net onder de schouders een naakte vrouw
is geborduurd met eronder een naam: 'Marcella'. Ik durf me zo
zeker niet te vertonen. Totaal overdonderd wacht ik op de dingen
die komen. Om negen uur komt Virgine binnen. Zij is exact
hetzelfde gekleed als ik, alleen bij haar staat onder de naakte
vrouw 'Virgine' geborduurd. Ze draagt geen BH en haar tietjes
zijn door de jas heen goed zichtbaar. Bewonderend kijk ik naar
haar lichaam. Ze ziet er fantastisch uit.
'Moet ik dit dragen?', vraag ik timide.
'Ja, natuurlijk, alle meisjes dragen dit. Kom, dan gaan we voor
het ontbijt zorgen.'
'Maar, ik ben geen meisje en ..., en die naam dan, Marcella,
waarom ...?'
'Het vorige meisje heette Marcella. Het zijn haar jassen, haar
kleren en zo. Je denkt toch niet dat mevrouw speciaal voor jou
iets nieuws koopt? Zo is ze zeker niet. En wat geeft het. Het
scheelt maar twee letters.'
'Ja, maar wel twee belangrijke letters.'
Maar Virgine pakt mijn hand en trekt me mee naar beneden. De
anderen zijn er nog niet, maar komen vlak na ons binnen.
Allemaal in dezelfde roze jas.
De begroeting is weer erg vriendelijk. Het eten stelt niet zo
heel erg veel voor. Een halve grape-fruit, een geroosterde
boterham met een plakje nogal vetarme kaas, twee kopje thee
zonder suiker en dat is het dan. Als ik daar tot vanavond op
moet leven zak ik in elkaar.
Even voor tienen komen ook de buitenslapers binnen en word ik
verder voorgesteld. Nog twee meisjes van een jaar of
vijfentwintig, Estrella en Maja, en een drietal dames van tussen
de vijfendertig en de vijfenveertig. Ook zij noemen zich bij hun
voornaam, Astrix, Bonny en Vickey.
Nu ken ik iedereen. Ik vraag me af wat ik eigenlijk moet doen
tussen al die vrouwen. Maar dat gaat vanzelf. Virgine neemt me
mee en ik kan aan de slag. Eerst de sauna, die moet op
temperatuur komen. En als de eerste klanten binnen komen breng
ik ze naar de kleedkamertjes, geef ze een dikke baddoek en breng
ze daarin gehuld weer naar de sauna. Ik moet de tijd bijhouden
en breng ze zo nu en dan iets fris te drinken. Na afloop moeten
ze naar het zwembad.
Elke keer als ik naar zo'n naakte dame kijk, word ik vuurrood.
Tussendoor zorg ik voor mevrouw en de meisjes en ook voor de
klanten voor koffie. De ochtend vliegt voorbij.
's-Middags breng ik koffie aan de cursisten tijdens de cursus
voor schoonheids-specialiste. Virgine staat daar helemaal naakt
voor de klas en Astrix laat zien hoe bepaalde massages moeten
worden gedaan.
Tegen vier uur krijg ik een bestelling op van mevrouw. Ik type
dat ding uit en maak 'm klaar voor de post. Het is een enorm
drukke opwindende dag.
Om half zes ga ik samen met Maud naar de keuken in het
sous-terrain het eten klaar maken. Het valt nog tegen om voor
zes personen het eten te verzorgen. Maar even na zessen komt ook
de rest binnen en is het gauw gepiept.
Ook nu valt het weer op dat de hoeveelheden niet erg groot zijn.
Voor mij is dat niet nodig, ik blijf toch wel slank. Maar er
wordt geen onderscheid gemaakt. Ik krijg niet meer dan de rest.
Na het eten was ik de boel samen met Maud af. De anderen gaan de
salons
opruimen en alles klaar maken voor de volgende dag. Eindelijk
zijn we klaar en kan ik naar mijn kamer. Boven neem ik eerst
lekker een douche. Dan pas voel ik hoe moe ik ben. Het liefst
zou ik naar bed gaan, maar dat is een beetje al te gek. Toch
maar eerst koffie drinken.
Maar wat moet ik aantrekken. Ik zoek in de kast en vind een
truitje en een spijkerbroek die me passen. Wel is alles zo strak
dat alle vormen duidelijk uitkomen, maar vooruit maar. Het zal
wel moeten.
Beneden zeggen de meisjes er niets over. En als ook mevrouw nog
even binnen
komt, knikt ze alleen maar even.
We doen nog wat spelletjes, maar ik ben blij als het elf uur is
en ik naar boven kan.
De volgende dag, woensdag al weer, ongeveer hetzelfde ritueel.
Ik help weer veel bij de sauna en de zonnebank. Maar 's-middags
mag ik in ??n van de salons het gezicht van een mevrouw met een
of andere gelei insmeren en na een poosje mag ik het er weer
aftrekken en haar gezicht deppen. Op administratief gebied valt
er niet veel te beleven, een paar betalingen en dat is het dan.
Hoofdstuk 4.
Donderdagmiddag gebeurt er iets vervelends. Mevrouw neemt me mee
naar de cursus voor schoonheidsspecialiste. Ik moet in de stoel
zitten en zij wil het electrisch epileren op mij toe passen, als
een soort demonstratie.
Beleefd weiger ik. 'Daar begin ik niet aan.'
Ze dringt nog even aan, maar ik doe het niet. Haar blik is niet
zo prettig, maar daar kan ik niets aan doen. Een beetje kortaf
stuurt ze mij weg.
Verder probeer ik zo goed mogelijk mijn best te doen en ik
geloof dat iedereen verder tevreden is over mijn werken.
Vrijdagmiddag probeert ze het weer, nu met nagels lakken. Het
manicuren laat ik nog wel toe, maar als ze daarna mijn nagels
wil lakken in een of andere vuurrode kleur, dan maak ik dat ik
weg kom. Ze zegt niets, maar ik kan wel zien dat het haar niet
lekker zit.
's-Avonds vertel ik het aan Virgine. Ze lacht zachtjes: 'waarom
doe je het niet? Nu heb je kans dat ze morgenavond tegen je zegt
dat ze je verder niet meer nodig heeft en sta je weer op
straat.'
'Maar dat is toch geen reden om mij te ontslaan. Ik doe mijn
werk verder toch goed. Ik probeer alles zo goed mogelijk te
doen.'
'Ja, dat wel, maar ze kan je niet overal inzetten en dus heeft
ze niets aan je. Dat snap je toch wel?'
Ik brom wat: 'ik zal wel zien.'
Zaterdagmiddag tegen half zes moet ik bij mevrouw komen. 'Nu
gaat het gebeuren' gaat het door me heen.
Maar het valt reuze mee. Ze is erg vriendelijk.
'Ach, Marcel. Wil jij nog iets voor mij doen?'
Even kijk ik haar een beetje wantrouwend aan, maar ze gaat
verder. 'Ik heb een telefoontje van mevrouw Opknap gehad. Zij
gaat morgen met vakantie en wil nog wat cr?mes meenemen.
Bovendien staat er nog een rekening open. Zij wil die gelijk
betalen. Wil jij er even heen gaan?'
'Natuurlijk mevrouw', antwoord ik blij dat ik weer wat goed kan
maken.
'Waar is het? Kan ik al gelijk gaan?'
Ze geeft het adres. 'Trek voor deze ene keer maar ??n van je
costuums aan Marcel. En geniet er maar van.'
Een beetje verbaasd kijk ik naar haar. Wat zou ze bedoelen? Maar
ik antwoord alleen maar: 'Goed mevrouw.'
Ik vlieg naar boven om mij om te kleden. Beneden in het
bureau'tje zoek ik het adres op. Het ligt even buiten Utrecht en
ik moet met de bus.
De spullen die ik meenemen, liggen al klaar en ik ga op stap.
Het is een omslachtige reis. Eerst naar het station en dan met
een andere bus weer verder. Ik ben er een behoorlijk tijdje mee
zoek. Maar het huis van mevrouw Opkanp heb ik gauw gevonden.
Een dienstmeisje doet open en brengt me naar de salon. Ik mag
gaan zitten en het meisje schenkt een glaasje fris voor mij in.
Mevrouw komt nu ook binnen en kijkt de cr?mes na. Daarna
schrijft ze een betaalkaart uit voor het totale bedrag. Ze is
net klaar als er weer gebeld wordt.
Het meisje brengt nu een man binnen die geld komt brengen.
Mevrouw Opknap vraagt of het bedrag klopt.
De man antwoordt bevestigend en legt het geld op tafel.
Samen lopen ze daarna naar de vestibule. Ik mag kennelijk niet
horen waar het over gaat, want mevrouw Opkanp doet de deur
achter haar dicht. Vaag hoor ik hun stemmen vanuit de vestibule.
Na een minuut of vijf neemt ze afscheid van de man en komt ze
terug in de salon. 'Zo, Marcel. Marcel wat het toch h?? Marcel
hier is je betaalkaart. Groeten aan mevrouw en tot ziens.'
Ze belt voor het meisje en ik zeg nog: 'Dag mevrouw, prettige
vakantie mevrouw' en ik sta weer op straat.
Bij de halte rijdt de bus net weg en moet ik een half uur
wachten. Veel zin heb ik daar niet in en dus ga ik maar lopen.
Het zit me tegen, want het gaat ook nog regenen. Ik schuil even
tot het ergste voorbij is, maar ga dan weer verder. Eindelijk
heb ik een bus die me weer naar het centrum brengt. Darna gaat
het gelukkig wat sneller.
Maar toch ben ik nog ruim anderhalf uur kwijt en is het over
negenen eer ik weer thuis ben.
Ik wil eerst naar het sous-terrain om te kijken of mevrouw daar
is, maar voor ik naar beneden kan gaan, komt ze uit haar bureau.
Kortaf zegt ze: 'kom even naar mijn bureau Marcel.'
Ik volg haar naar binnen. Op de bank zit Wendy. Tegen mij zegt
ze: 'ga daar voor mijn bureau staan, we wachten op mevrouw
Opknap.'
'Maar ..., maar waarom ... Ik heb hier de betaalkaart van
...'
Maar ze onderbreekt me: 'Mond dicht.'
Ik aarzel en vraag me af wat er aan de hand is. Lang hoef ik
niet op een antwoord te wachten. Binnen een kwartier wordt er
gebeld en stapt mevrouw Opknap binnen.
Ze gaat naast mevrouw achter het bureau zitten.
'Zo, wilt U nu vertellen wat er aan de hand is mevrouw Opknap?'
Mevrouw Opknap kijkt mij nog eens aan en steekt dan van wal:
'Terwijl hij bij mij was en in de salon iets fris dronk heeft
een klant van het bedrijf van mijn man een bedrag van
achttienduizend gulden gebracht. De man legde het geld op tafel
en onder het stapeltje een lijstje met de nummers van de
bankbiljetten. Ik heb nog even met de man gesproken in de
vestibule. Hij was op dat moment alleen in de salon. Toen Marcel
weg was heb ik het geld nageteld. Maar ik miste toen twee
briefjes van duizend gulden. De man die het geld bracht is
altijd erg precies, maar voor de zekerheid heb ik hem toch nog
even opgebeld. Maar volgens hem moest het toch echt
achttienduizend gulden zijn en het moest kloppen met de nummers
van de bankbiljetten. Verder is er niemand bij mij in huis
geweest en ook mijn dienstmeisje is volkomen te vertrouwen. Dus
het kan haast niet anders of hij' en ze wijst naar mij' moet er
tijdens mijn afwezigheid twee briefjes van duizend hebben
afgehaald en hebben meegenomen.'
Ik reageer fel: 'hoe komt U daar bij? Ja ik ben daar gek om die
twee duizend piek te stelen.'
'Het kan haast niet anders, er is niemand anders in de kamer
geweest.'
'Ik ben er niet aan geweest, ik heb er niet eens naar gekeken.'
Maar mevrouw Maestra Duro onderbreekt me: 'Marcel, het kan haast
niet anders. Kom, geef die twee briefjes terug, dan zal ik je
terwille zijn, en er geen werk van maken.'
'Maar ..., maar... ik heb het niet gedaan. Waarom zou ik die
twee duizend gulden stelen?'
'Maar Marcel, het kan haast niet anders. Je bent natuurlijk bang
geweest dat ik je zou ontslaan omdat ik wat aanmerkingen op je
heb gehad en voor dat je weg moest, wilde je nog iets inpikken.'
'Ja, kom Marcel,' vervolgt mevrouw Opknap, 'geef het geld terug,
dan haal ik er geen politie bij, wees verstandig.'
'Ik heb het echt niet. En als ik het wel zou hebben, wel, ik ben
nog maar net thuis, dus dan moet ik het nog bij me hebben.'
Demonstratief haal ik mijn zakken leeg en gooi mijn spullen op
tafel.
'Hier mijn portemonnee, hier Uw betaalkaart, ziet U wel, niets.'
'Je kan het wel verstopt hebben. Mogen we even verder kijken?'
En zonder op mijn antwoord te wachten, kijkt ze alles na, mijn
portefeuille, mijn portemonnee, mijn sleutelbos, maar ze vinden
natuurlijk niets. Ik heb het geld ook helemaal niet.
Maar ze gaan verder. Eerst mijn jasje uit, ze voelen in mijn
zakken, tussen de voeringen, mijn schoenen moet ik uitdoen, mijn
sokken en dan zelfs mijn broek en mijn overhemd. Rood van
schaamte sta ik voor ze. En als ze dan ook nog in mijn slipje
kijken, scheld ik ze uit voor ouwe gemene geile wijven en nog
meer van dat moois. Maar ze zijn onverstoorbaar.
Mevrouw Opknap zegt dan nadenkend: 'je ging ongeveer om zeven
uur bij mij weg en je kwam hier over negenen aan. Misschien was
je hier al eerder en heb je het geld op je kamer verstopt.
Daarna ben je weer weggegaan, heel stiekem en nu terug gekomen.
Ik wil toch nog even op je kamer zoeken.'
'Moet U weten, U doet maar,' schimp ik.
Ik wil mijn spullen weer aantrekken, maar nee: 'kom eerst maar
even mee naar je kamer.'
'Maar ..., maar mijn kleren.'
'Laat ze maar hier liggen, anders stop je het misschien er weer
wel tussen.'
En zo gaan we in optocht naar boven. Eerst mevrouw en ik in de
lift en boven wachten we op mevrouw Opknap en Wendy.
Terwijl ik in al mijn naaktheid midden in de kamer moet staan,
gaan ze op zoek. Laden, kastjes, niets natuurlijk. Dan de grote
kast. Mijn overhemden, mijn hemden, stuk voor stuk worden ze los
geschud.
En dan, dan gebeurt het. Tussen twee hemden vandaan dwarrelen
twee groene briefjes naar beneden. Ze pakken ze op en
vergelijken de nummers met het briefje. Ze laten het mij ook
zien. Verdoofd zie ik dat het klopt.
'Zo, en jij wist dus van niets, h??'
'Echt ..., echt mevrouw, ik heb het echt niet gedaan, eerlijk
niet.'
Maar ze geloven mij niet. Natuurlijk niet.
'Ik bel de politie wel even,' zegt mevrouw.
'Nee, als-t-u-blieft, niet doen. Ik heb het niet gedaan, echt
niet.'
'Dat moet de politie maar uitzoeken', is het antwoord.
'Maar ik heb het geld echt niet gestolen', snik ik het uit.
'Als je nu zelfs nog niet wil toegeven, dan bel ik maar de
politie.'
'Niet doen, als-t-u-blieft?'
Maar mevrouw loopt naar het neventoestel in mijn kamer en begint
te draaien. Ik overdenk mijn positie. Wie zal mij geloven? Drie
dames tegen een jonge knul.
Intussen draait ze het nummer. Ik vlieg nu op het toestel af:
'nee, niet doen, niet de politie bellen. Ik wil alles doen, als
U maar niet de politie belt.'
Ze legt de hoorn neer. 'Dus je bekent dat je die twee duizend
gulden hebt gestolen?'
Ik aarzel en geef geen antwoord.
Weer neemt ze de hoorn op en draait een cijfer.
'Nee, niet doen. Ik ..., ik ...ik heb het gedaan,' stotter
ik snikkend.
'Wat heb je gedaan, Marcel?'
'Ik ... ik ...' snik ik het uit. 'ik heb die twee briefjes
meegepakt bij mevrouw Opknap.'
Het is er uit en dat terwijl ik het helemaal niet heb gedaan.
Maar wat moet ik anders. Alle schijn is tegen me, de politie zal
mij ook zeker verdenken.
Hoofdstuk 5.
'Goed Marcel. Wij zullen er nu geen politie bijhalen. Ik zal wel
een verklaring opmaken waarin je je schuld bekent en waarin wij
het een en ander overeenkomen. Wendy bedankt dat je als getuige
aanwezig wilde zijn. Ga jij maar terug naar je kamer. Kom,
Marcel, ga maar mee naar mijn bureau voor je verklaring.'
Gelaten volg ik de twee vrouwen naar het bureau van mevrouw. Nog
steeds naakt moet ik achter de schrijfmachine gaan zitten en er
drie velletjes papier met carbon er tussen indraaien.
Mevrouw Maestra Duro dicteert en ik type wat ze me opdraagt.
'Ondergetekende, Marcel Paul van Amoren, negentien jaar oud,
verklaart dat hij heden, de 13e juli 1989, tijdens zijn bezoek
aan mevrouw Opknap twee duizend gulden uit de salon van mevrouw
Opknap heeft ontvreemd. Hij verklaart tevens dat hij tegen beter
weten in steeds heeft ontkend dat hij het geld had meegenomen,
en pas nadat het geld bij hem was gevonden heeft toegegeven het
geld te hebben gestolen. Hij verklaart te hebben gesmeekt de
politie niet te waarschuwen. Hij verklaart eveneens dat hij
alles voor de twee mede-ondertekenden te zullen doen om deze
schande uit te wissen. Hij zal voor onbepaalde tijd alle
opgedragen werkzaamheden en alle opdrachten op elk terrein
zonder enig protest verrichten. Mevrouw Maestra Duro zal als
tegenprestatie kost, inwoning en kleding ter beschikking
stellen. Ondergetekende verklaart er geen bezwaar tegen te
hebben dat beide mede-ondertekenden vrijelijk over hem kunnen
beschikken en dat hij zonder protesten aan al hun wensen zal
voldoen. Hij zal nimmer bezwaar tegen deze verklaring aantekenen
of deze in de openbaarheid brengen of zich er aan onttrekken. De
beide mede-ondertekenden behouden zich het recht voor om in de
twee jaar na het ondertekenen van deze overeenkomst de politie
alsnog in te schakelen.
Utrecht, 13 juli 1989.
Marcel Paul van Amoren.
Mevrouw D. Maestra Duro.
Mevrouw W.I.L. Opknap. '
Weer protesteer ik tegen deze schandalige verklaring, maar als
zij weer met de politie dreigen, teken ik de verklaring in
tranen.
Nog even praten ze wat na, terwijl ik er in al mijn naaktheid
bij sta. Maar dan neemt mevrouw Opknap afscheid. Tegen mij zegt
ze: 'tot heel spoedig na mijn vakantie, Marcel.'
Nog nasnikkend stotter ik: 'dag ... dag mevrouw.'
Maar de vernedering is nog niet compleet. Van mevrouw moet ik
nog meer. Op haar aandringen zoen ik mevrouw Opknap op haar mond
en als ze haar armen om mij heen slaat en mij tegen zich
aandrukt moet ik zelfs zeggen: 'dank U wel mevrouw, dank U wel
voor alles. Dank U dat U de politie er niet bijgehaald heeft.'
Snikkend breng ik haar tot de deur. Daar moet ik haar nog eens
een zoen geven. Haar tong priemt in mijn mond. Haar hand pakt
mijn pik en mijn ballen beet en ze knijpt, knijpt gemeen hard.
Kreunend beantwoord ik haar zoen.
Maar dan laat ze mij los en gaat ze weg.
Schoorvoetend ga ik terug naar het bureau van mevrouw. Ze zit nu
weer achter haar bureau. Aarzelend blijf ik bij mijn kleding
staan, niet wetend wat te doen. Het is al elf uur geweest zie ik
op haar bureauklokje.
Maar als ik mijn kleren wil pakken, zegt ze: 'laat die kleren
maar liggen. Je hebt die toch niet meer nodig. Je kan nu naar je
kamer gaan. Morgen voor het ontbijt breng je al je eigen kleren
hier en je leg ze hier bij. Begrepen?'
'Ja mevrouw, maar ...'
'Geen gemaar. Je doet voortaan alles wat ik zeg. En zonder dat
gemaar. Weltrusten.'
'Weltrusten mevrouw.' En naakt ga ik terug naar mijn kamer. Ik
gooi me op mijn bed en snik het hartverscheurend uit, mijn
gezicht in het kussen.
Maar na een tijdje laat de vermoeidheid zich gelden en val ik in
slaap.
De volgende morgen ben ik vroeg wakker. Alles schiet me weer te
binnen. Ik weet niet wat ik moet doen. Mijn spullen pakken en er
vandoor gaan. Maar dan waarschuwt zij zeker de politie en wat
dan? Ik pieker er een poosje over maar kom er niet uit. Na veel
wikken en wegen besluit ik toch maar te blijven, misschien valt
alles wel mee. Wat kan ze me nu doen? Toch niks zeker.
En met die gedachte zoek ik mijn kleren bij elkaar en neem dan
een douche. Terwijl ik onder de douche sta, brengt Wendy het
grapefruit-sap.
Na het afdrogen zoek ik kleren om aan te trekken. Ik pak een
onderbroek en een paar sokken van mijzelf, een truitje en een
spijkerbroek uit de kast, een paar schoenen van mijzelf en dan
naar beneden. Mijn kleren neem ik onder mijn arm mee. Ik klop
aan bij de werkkamer van mevrouw. Op haar antwoord ga ik naar
binnen: 'goede morgen mevrouw, ik heb de kleren bij me.'
'Laat even zien wat je hebt, Marcel.'
Ik laat stuk voor stuk zien wat ik zoal heb, overhemden,
costuums, stropdassen.
'Ik heb gezegd alles, Marcelle. Dus ook je ondergoed, sokken,
pyama's, schoenen, alle kleding die je hebt en je koffer.
Begrepen? Haal onmiddellijk alles hier heen.'
'Ja mevrouw', knik ik gelaten.
Weer naar boven om de rest te halen en dan weer terug. Op haar
kamer moet ik alles in de koffer stoppen, inclusief de schoenen.
'Alles zit er in mevrouw.'
'Wat heb je eigenlijk aan je voeten?'
Als ik laat zien dat ik schoenen en sokken van mijzelf aanheb,
moeten ook die uit en in de koffer.
'En ondergoed Marcelle?'
'Ik heb nog een onderbroek van mijzelf aan mevrouw.'
'Ook uittrekken Marcelle.'
Even aarzel ik, niet wetend wat te doen. Ik wil me omdraaien,
maar dat wil ze niet hebben. En dus terwijl ze toekijkt, trek ik
mijn spijkerbroek uit en daarna de onderbroek... Ik weet niet wat
ik moet doen en blijf even zo staan. Vlug pak ik dan mijn
spijkerbroek weer en wil 'm aantrekken.
'Marcelle, je draagt die broek toch niet zo op je blote lichaam.
Je draagt er toch wel liever een slipje onder?'
Ik aarzel: 'ja, ... ja mevrouw.'
'Zie je wel. Goed, dan mag jij vandaag mijn slipje dragen.
Marcelle, vind je dat leuk?'
Nu weet ik helemaal niet wat ik moet zeggen, maar weer durf ik
haar niet voor het hoofd te stoten, dus stem ik maar in: 'ja,
eh, ja mevrouw.'
'Wat, ja mevrouw?'
'Ik vind het leuk.'
'Wat vind je leuk Marcelle? Graag alles een beetje duidelijk.'
En een beetje hortend komt het er uit: 'ik vind het leuk om een
slipje van U te dragen mevrouw.'
Intussen houd ik mijn handen voor mijn gevalletje.
'Ach Marcelle, je schaamt je toch niet om je naakt aan mij te
laten zien?'
'Nee, eh, ... nee mevrouw.'
'Doe je armen dan opzij van je lichaam.'
En weer doe ik gehoorzaam wat ze me opdraagt en doe mijn armen
opzij van mijn lichaam.
Zo laat ze me staan, terwijl ze naar me kijkt.
'Doe dat T-shirt ook maar uit,' klinkt het dan.
Ook dat trek ik uit en sta dan naakt voor haar.
Ze komt nu achter haar bureau vandaan en naar me toe. Ze loopt
een keer om mij heen en blijft dan achter me staan. Haar hand
gaat over mijn billen en glijdt dan tussen mijn benen door.
Daarna gaan allebei haar handen over mijn heupen naar boven.
'Armen omhoog, Marcelle.'
Ik doe mijn armen omhoog en zij komt dan weer voor me staan. Ze
kijkt in mijn oren, ik moet mijn mond open doen en ze kijkt in
mijn mond, haar handen gaan over mijn hals, dan naar mijn
tepels. Ze lacht als die door haar aanraking naar voren priemen.
Haar handen gaan lager, ze streelt mijn navel, mijn buik, kroelt
door mijn schaamhaar.
Dan pakt ze mijn gevalletje beet. Mijn pik in haar ene en mijn
ballen in haar andere hand. Ze staat nu vrij dicht bij me. Ik
ruik haar parfum. Ondanks alle vernederingen windt het me op.
Mijn pik wordt hard en staat al gauw in volle glorie. Even
plotseling laat ze me los en gaat ze op de rand van haar bureau
zitten.
Nu weet ik helemaal niet meer waar ik moet blijven. Vuurrood,
met mijn armen omhoog, wacht ik af. Mijn ogen sla ik neer.
Maar ze beveelt: 'kijk me aan Marcelle.'
Vernederd kijk ik in haar spottende ogen.
'Ga op je gat zitten. Benen wijd en iets gebogen.'
Zonder protest doe ik wat ze zegt. Ze komt weer naar me toe en
gaat vlak voor me staan. 'Trek mijn slipje uit Marcelle.'
Met een vuurrood gezicht gaan mijn handen onder haar rok en
probeer ik het slipje naar beneden te doen. Maar door mijn
onhandigheid op dat gebied gaat het moeilijk. Ze doet haar rok
nu omhoog en nu kan ik zien wat ik doe en gaat het wat beter.
Voorzichtig trek ik het slipje naar beneden. Het schaamhaar komt
nu vrij en ik zie haar kut. Misschien wel voor het eerst in mijn
leven dat ik een kut zie in werkelijkheid.
Ze stapt nu uit haar slipje en pakt het van me aan. Weer gaat ze
op de rand van haar bureau zitten.
'Kom het slipje halen Marcelle.'
Vlug sta ik op en ga naar haar toe.
'Als-t-je-blieft Marcelle.'
'Dank U wel mevrouw.'
Ik pak het slipje aan en wil het vlug aantrekken. Maar ik moet
eerst weer iets achteruit. Ze kijkt naar me en zegt dan: 'Ok?
Marcelle, trek je spullen maar aan.'
Eindelijk dan. Het slipje, het truitje en de spijkerbroek trek
ik vlug aan. De rest stop ik dan weer in de koffer.
'Goed Marcelle. Je spullen zullen we opslaan in de bergruimte in
het sous-terrain. Ik denk niet dat je ze nog nodig zal hebben,
maar ik wil ze ook nog niet wegdoen.'
'Maar , maar hoe..., wat moet ik dan aandoen als ik naar buiten
ga of naar mijn ouders', stamel ik.
'Je krijgt kleding van mij Marcelle, en dat is echt wel goed
voor je.'
'Maar ... maar ...'
'Geen gemaar. Kom mee naar het sous-terrain. Neem je koffer maar
mee. We gaan ontbijten.'
En achter haar aan loop ik naar het sous-terrain. De andere
meisjes zijn er al en het eten staat al klaar. Ik zet mijn
koffer neer en ga aan tafel zitten, naast mevrouw dit keer.
Tijdens het eten begint mevrouw er over: 'meisjes, ik heb een
paar dingen met Marcelle afgesproken. Dat is in de eerste
plaats, er worden geen opdrachten meer geweigerd. Marcelle doet
overal aan mee, net als jullie dat doen, en ook bij de
opleiding. Dus geen problemen meer bij het harsen, bij het
nagels lakken en bij het optutten. Marcelle zal ook jullie
opdrachten niet mogen weigeren. Ook jullie kunnen dus vrij over
Marcelle beschikken. Voorlopig verzorgt Marcelle 's-morgens en
's-avonds de sapvoorziening, houdt mijn kamers schoon en helpt
jullie met het schoonhouden van jullie kamers. Hebben jullie
klachten, zeg het dan tegen mij. Marcelle is voortaan ??n van
ons. Wendy, zet jij de koffer met kleren in de bergruimte, dan
zijn die in elk geval weg.'
Het is even stil. Alleen het kraken van Wendy's stoel als ze
opstaat is te horen. Ze brengt de koffer weg en als ze terug is
eten we zwijgend verder. Ik ben nog stiller dan anders, maar dat
is natuurlijk niet verwonderlijk na wat ik allemaal heb
meegemaakt. Na het eten was ik met nog een paar meisjes af.
De meisjes spreken af om naar het strand te gaan. Na het
afwassen halen zij hun spullen en ze zijn al gauw weg in de
richting Zandvoort. Tegen de avond zullen ze pas terug zijn.
Voor dat mevrouw naar haar kamers gaat, zegt ze: 'doe eerst jouw
kamer, dan de kamers van de meisjes Marcelle. Daarna kom je mijn
kamer doen.'
'Goed mevrouw.'
En dus ga ik aan de slag. Mijn kamer valt nog wel mee, maar bij
de meisjes is het een rommeltje. Slipjes, nachtkleding en zo,
overal verspreid. Netjes berg ik alles op, maak de bedden op en
als dat achter de rug is naar de kamers van mevrouw. Netjes tik
ik aan.
'Binnen.' Mevrouw zit op een grote driezitsbank. Het is voor het
eerst dat ik hier ben. Het is fantastisch ingericht, alles even
chique. Even kijk ik rond. Dit is wat anders dan onze kamertjes.
Maar als ik wil beginnen, eerst met de slaapkamer, zegt ze:
'ach, Marcelle,
ik heb liever dat je zonder kleren werkt. Ga naar je kamer en
kleed je uit. Dan trek je deze schoenen aan en kom je weer naar
beneden.'
Verwezen kijk ik naar de schoenen. Het zijn open damesschoentjes
meet hoge hakken. Hakken van zeker twaalf centimeter hoog, echte
naaldhakken. Maar zonder protest klinkt het: 'goed mevrouw.'
Op mijn kamer doe ik wat ze heeft gezegd en even later loop ik
door haar kamers, helemaal naakt op de schoentjes met de
naaldhakken na. Ik loop wankel, maar voor haar zal het wel een
sexy gezicht zijn. In de slaapkamer ruim ik alles op, maak het
grote bed op, de badkamer geef ik een beurt, daarna de salon en
tot slot geef ik de bloemen water. Eindelijk ben ik e4r
doorheen.
'Ik ben klaar mevrouw.'
'Schenk een glas port voor me in en ga dan tegenover me zitten
min die stoel, Marcelle.'
'Ja mevrouw.'
Ik geef haar haar port en ga dan op de aangewezen stoel zitten.
Langzaam nipt ze aan haar port. Als het glas leeg is, moet ik
nog eens inschenken.
'Ga tegen die deur staan, je hielen tegen de deur en je armen zo
hoog mogelijk.'
Ik ga voor de aangewezen deur staan. Het voelt koel aan aan mijn
billen. Zo laat ze me een poosje staan, terwijl zij haar port op
drinkt. Ik voel me opgelaten. Zo naakt te staan op mijn
schoentjes met hoge hakken, door haar van top tot teen te worden
bekeken.
Als haar glas leeg is, zegt ze: 'kom mijn glas halen Marcelle.'
Blij dat ik van die pose ben verlost haal ik haar glas. 'Zal ik
nog eens voor U inschenken mevrouw?'
'Nee, dank je Marcelle. Ga naar je kamer. Doe het slipje weer
aan, de spijkerbroek die helemaal achter in de kast hangt en van
de stapel truitjes de bovenste en dan deze schoenen.'
'Goed mevrouw.'
Op mijn kamer zoek ik de spullen op. Het slipje geeft geen
problemen, het truitje is lichtblauw en superdun, een gladde
dunne stof, erg doorzichtig. Links voor, onder de schouder is
een naakte vrouw en een orchidee geborduurd. Verder heeft het
een laag uitgesneden hals. De spijkerbroek is nog erger. Was die
andere al strak, deze is nog vele malen erger. Met veel pijn en
moeite kom ik er in. Het ding zit als een vel rond mijn lichaam.
Elke vorm is duidelijk te zien. En dan de kleur, licht roze.
Ik kan nauwelijks bukken om de schoentjes aan te doen, maar na
wat geharrewar lukt het dan toch.
Voorzichtig daal ik de trap af naar de kamers van mevrouw.
'Zo Marcelle, we gaan even een eindje wandelen, door het park en
verder zien we wel.' klinkt het sarcastisch.
'Be ... bedoelt U, dat ..., dat ik zo de straat op moet? Dat
meent U toch niet? Echt, dat ...'
'Zeur niet Marcelle, natuurlijk ga je zo, hoe wil je anders?'
'Maar ... maar ...'
'Kom Marcelle, tutje, kom schiet op.'
Verwezen kijk ik haar aan, deels omdat ik zo gekleed de straat
op moet, deels door dat tutje. Maar wat moet ik. En zo loop ik
even later naast mevrouw door de straat naar het parkje. Het is
lekker weer, dus komen we nogal wat wandelaars tegen. Ze kijken
wel maar zeggen gelukkig niets. Mijn haar is gelukkig niet zo
kort, misschien denken ze wel dat ik een meisje ben, Na het
parkje lopen we nog door een winkelstraat en weer terug. Bij
elke damesmode-zaak blijven we uitgebreid staan. Maar eindelijk
is de bezoeking afgelopen en gaan we terug. Weer via het parkje
en zo naar huis.
Het is dan al weer laat en de hoogste tijd om voor het avondeten
te zorgen. Dus neemt mevrouw mij eerst mee naar het sousterrain.
Daar geeft ze me een klein kanten schortje voor en kan ik aan de
slag. Zij gaat naar haar kamer.
Op een lijstje staat het menu van elke dag. Er mag wel wat van
worden afgeweken, maar dat is meestal toch niet mogelijk, omdat
de inkopen een maal in de week worden besteld. Dus ga ik maar
netjes aan de slag voor het dagmenu. Rijst koken, een paar
gerechten met groenten en vlees en zo verder. Er staan in de
keuken volop kookboeken en met die boeken er bij lukt het vrij
aardig. Terwijl de laatste dingen er in gaan, dek ik daarna de
tafel en zet alles klaar. En als om half zeven iedereen binnen
loopt is alles klaar en moet ik alleen nog opscheppen.
De meisjes vertellen aan tafel over hun uitstapje. Hoe druk het
was aan het strand. En dat er voor mij nog wel zo veel was te
zien. Een heleboel meisjes met het bovenstuk bloot. Ik ben toch
al wat vrijer geworden in de afgelopen week en ga er nu wat meer
op in op hun grapjes.
Mevrouw zelf zegt niet veel, ook niet als de meisjes grapjes
maken over mijn strakke broek, mijn truitje en mijn schoentjes
met hoge hakken. Ikzelf ga er wijselijk niet op in en laar alles
over mij heen gaan. Na het eten mag ik rusten en de meisjes
wassen af.
Mevrouw gaat naar haar kamer. 'Prettige avond meisjes' en tegen
mij: 'ach, Marcelle, breng jij de koffie en de sinasappelsap op
mijn kamer.'
'Goed mevrouw.'
Als ze weg is gaan we naar de recreatieruimte en kletsen we wat.
De meisjes vragen: 'En Marcel, hoe is het vandaag geweest?'
'Ach, het gaat wel. De boel opruimen en zo en vanmiddag zijn we
wezen wandelen.'
'Ben je zo de straat op geweest', vraagt Virgine.
'Ja, ze dwong me om zo te gaan. Iedereen keek naar me, ik vond
het een rotstreek.'
De meisje lachen en Virgine zegt: 'je ziet er zo hardstikke leuk
uit. Als ze al naar je keken wat het omdat ze jaloers op je
zijn, anders niet.'
En Maud gaat verder: 'ja, dan had je maar geen werk moeten
weigeren. Nu heeft ze je te pakken. En ze zal geen medelijden
met je hebben.'
Ik mopper wat, maar ga er maar niet verdr op in. Maar Maud gaat
verder: 'ze zal best een lekker grietje van je maken, Marcelle.'
'Dat zal ze niet glad zitten, daar pas ik voor.'
'Je zal wel zien.' lacht ze.
Wijselijk ga ik naar de keuken, voor de koffie zorgen. Precies
half negen breng ik eerst koffie naar mevrouw. Ze zit aan haar
bureau nog wat te werken en ik kan ongestoord weer weg. Ook de
anderen geef ik hun koffie.
Er wordt nu gelukkig niet meer over mij gepraat, maar we doen
een spelletje, kijken nog wat naar de tv en het is zo weer half
tien.
Tijd om sinasappels uit te persen voor de hele familie. Weer ga
ik het eerst naar mevrouw. Ze is in haar slaapkamer en ik tik
netjes aan: 'hier is Uw sinasappelsap mevrouw.'
'Dank je wel Marcelle. Eh, Marcelle. Wat draag jij eigenlijk
's-nachts?'
'Ik heb geen pyjama meer mevrouw, dus niets', antwoord ik
triomfantelijk.
'Doe je kleren eens uit.'
Even aarzel ik, maar trek dan het truitje en de spijkerbroek
uit.
'Slipje natuurlijk ook.'
Ook dat bevel volg ik op en dan sta ik weer naakt voor haar.
'Ogen dicht Marcelle.'
Ik doe ze dicht en ik voel hoe ze iets voer mijn hoofd schuift
en mijn armen ergens door doet.
'Zo, kijk maar in de spiegel, Marcelle.'
Ik doe mijn ogen weer open en kijk in de spiegel. Ik schrik me
ongelukkig van mijn spiegelbeeld. Ik draag een heel erg
doorzichtige babydoll die net tot over mijn billen komt.
'Maar ..., maar ..., dat kan ...'
Maar ze onderbreekt me: 'staat je erg leuk Marcelle, doe je
schoentjes maar weer aan en ga de meisjes hun sap brengen.'
Eerst wil ik protesteren, maar de blik in haar ogen doet me er
van afzien. Ik ben machteloos. En dat niet alleen omdat ze mij
in haar macht heeft door mijn schuldbekentenis, maar ook haar
invloed op mij is te groot. Zacht antwoord ik: 'goed mevrouw.'
Als ik bij de meisjes binnenloop, gaat er een gejuich op.
'Je bent een schatje,' lacht Virgine. En van Maud krijg ik een
tikje op mijn billen. Ze plagen nog wat door, maar het is
gelukkig al gauw tijd om naar bed te gaan. Ik ben blij dat deze
dag voorbij is.
Maar in bed duurt het nog een hele tijd eer ik in slaap val. Al
die belevenissen zijn te veel voor mij en pas na uren piekeren
val ik in slaap.
De volgende morgen ben ik maar net op tijd om voor het sap te
gaan zorgen. Ik vlieg in mijn babydoll naar beneden en pers gauw
een serie sinasappels uit en ga dan vlug uitdelen.
Eerst bij mevrouw, zij is al aangekleed en al. Ze knikt
goedkeurend als ze me ziet. 'Goede morgen Marcelle.'
'Goede morgen mevrouw.'
Dan door naar de meisjes. Vijf glazen op een blad en dan naar
boven. Nu loop ik zo hun kamers binnen. Virgine en Maud zijn al
op, maar ze lopen allebei nog spiernaakt rond. Als Maud mij een
beetje uitdaagt, word ik vuurrood en verdwijn maar gauw. Wendy
en Beryl liggen nog in bed. Ze liggen verdacht dicht bij elkaar
en ik geloof vast dat ze samen hebben liggen vrijen.
Beryl lacht: 'hello baby.'
'Goede morgen Wendy, goede morgen Beryl', antwoord ik gelaten.
Ik ben voorzichtig. Met Virgine valt geloof ik nog wel te
praten, maar die andere drie zullen geen medelijden met me
hebben. Dus laat ik maar vriendelijk zijn. Je weet maar nooit.
'Drink je glas hier maar leeg Marcel. Kom maar hier op de rand
van ons bed zitten', zegt Beryl.
En gehoorzaam neem ik plaats op de rand van het bed. De twee
meisjes komen nu onder het dek vandaan. Ze zijn allebei naakt.
Ik geef ze hun glas sap. Terwijl we ons glas leeg drinken,
bekijk ik ze wat nauwkeuriger. Ze hebben allebei mooie tietjes.
Ze zien mijn bewonderende blik en het gevolg is dat Beryls' hand
onder mijn babydoll gaat. Zachtjes streelt haar hand mijn
tepels.
'Je hebt nog niet erg veel, Marcelle,' zegt Beryl.
Ik word rood en als ook Wendy's hand er bij komt, heb ik het
niet meer en sta ik in een zucht in vuur en vlam. En het valt
niet te verbergen onder zo'n doorzichtige babydoll en ik neem de
vlucht. Ik vlieg naar mijn kamer en loop door naar de
doucheruimte. Vlug gooi ik mijn babydoll uit en zok ik
verkoeling onder de douche.
Daarna kleed ik mij aan. Weer een truitje, een piepklein slipje
en een strakke spijkerbroek, kniekousen en een paar slippers.
Zo ga ik naar de keuken en zorg ik voor het ontbijt.
De morgen verloopt gelukkig erg rustig. De boel een beetje
schoonhouden, maar echt zwaar werk is er niet bij. De meisjes
zie ik ook nauwelijks. Dat is het voordeel als de zaak gesloten
is.
Maar om een uur moet ik bij mevrouw komen. 'Ik heb hier spullen
voor vanmiddag. Je helpt bij het lesgeven, om half twee ben je
in het lokaal.'
Ze geeft een stapeltje kleren en ik lispel: 'goed mevrouw.'
Op mijn kamer kleed ik mij om. Het is de normale doordeweekse
dracht, maar nu in een kleur die ik nog niet eerder heb gezien,
heel licht lila. En het lijkt wel of het slipje en het jasje nog
doorzichtiger is en of het hakje van de slippers nog hoger zijn.
Zuchtend trek ik het maar aan. Voor de spiegel zie ik dat mijn
tepels goed zichtbaar zijn en dat ook mijn schaamhaar door de
stof heen schemert.
Even voor half twee ga ik naar beneden. Om half twee is iedereen
aanwezig. Er zijn een vijftal cursisten, vrouwen in alle
leeftijdklassen. Ik word netjes aan ze voorgesteld, maar wel als
Marcella.
Ik moet in een soort tandartsstoel plaatsnemen. Het begin is
veelbelovend. Eerst gaat mevrouw het electrisch epileren
demonstreren en ik ben natuurlijk het model. Haartje na haartje
wordt weg geepileerd. Ook de cursisten oefenen op mij en soms
doet het behoorlijk pijn.
Als dat gelukkig achter de rug is moet ik mijn jas uittrekken.
Alleen mijn slipje en mijn slippers heb ik nu nog aan. Nu wordt
het haar onder mijn armen weggeschoren. En als daar elk haartje
weg is beginnen ze aan mijn benen. Mijn linker been wordt met
een bepaald spul ingesmeerd en als het wat is ingetrokken met
water weer weggespoeld. De haren op mijn been spoelen er mee af.
Mijn andere been wordt met warme was ingesmeerd. Ook dat moet
intrekken of hard worden en daarna trekken ze het er van af. Ook
dat doet behoorlijk zeer.
Eindelijk is dat achter de rug. Maar ik ben er nog niet van af.
Na een paar minuten pauze beginnen ze aan mijn nagels. Zowel de
nagels van mijn tenen als van mijn vingers worden uitgebreid
behandeld. Daarna lakken ze al mijn nagels in een prachtige rode
kleur.
Dan pas mag ik weer mijn jas aantrekken en zit het er op. Drie
uur lang hebben zes vrouwen en mevrouw aan mij zitten friemelen.
Opgelucht vertrek ik uit het lokaal. Tot half zes krijg ik nu
rust.
Op mijn kamer haal ik alle nagellak er weer af en ga dan onder
de douche. Langzaam kom ik een beetje tot rust. Maar om half zes
moet ik weer aan de slag. Helpen met het eten klaar te maken.
Zo verloopt de week. Elke dag helpen. Bij iedereen. Dan de
administratie en helpen bij het les geven. Elke keer word ik wat
gladder en aan het eind van de week, op zaterdagavond, als ik
voor de spiegel sta, zie ik dat mijn hele lichaam zo glad is als
een perzik. Alleen mijn hoofdhaar en mijn schaamhaar heb ik nog.
Verwezen kijk ik naar mijn lichaam. Onbehaard en zacht
aanvoelend door alle lotions.
Maar het is tijd om voor de koffie te gaan zorgen. Virgine is
naar huis en ook Wendy is weg tot dinsdagmorgen. Het wordt dus
hopelijk een rustig weekend. Vlug trek ik een slipje, een
T-shirt en een spijkerbroek aan. Slippers aan en ik ga naar
beneden. Maud en Beryl zitten in de recreatieruimte en kijken
naar de TV. Mevrouw is kennelijk op haar kamer. Ik zorg voor de
koffie en breng eerst een kopje naar mevrouw.
'Binnen", roept ze als ik op haar deur tik. 'Goeden avond
mevrouw, hier is Uw koffie.'
'Dank je wel Marcelle. Als je zelf je koffie op hebt, ga dan
naar lokaal 3 en wacht op mij.'
Even aarzel ik. Wat zal er nu weer gebeuren, maar ik antwoord:
'goed mevrouw.'
'Kleed je alsvast uit en ga in de stoel zitten.'
'Ja mevrouw', knik ik gelaten.
Terug in de recreatieruimte geef ik de meisjes koffie en drink
ik zelf ook, een beetje traag mijn koffie op. Daarna was ik de
kopjes af en ga naar het leslokaal.
Even blijf ik aarzelend staan, maar dan doe ik toch maar wat ze
me heeft opgedragen en kleed ik me uit. Spiernaakt ga ik in de
stoel zitten, het leer voelt koel aan aan mijn blote billen.
Gelaten wacht ik op haar. Het duurt nog lang, tijd om mijn
situatie te overdenken.
Tot nu toe is het nog meegevallen, het is wel hard werken, het
verzorgen van alle meisjes, de administratie, mevrouw met alles
helpen, dat gaat nog wel allemaal, maar dat gefrunnik aan mijn
lichaam door al die cursisten, dat vind ik maar niks.
Maar dan word ik in mijn overpeinzingen gestoord en komt mevrouw
binnen. Zonder iets te zeggen gaat ze een beetje was verwarmen.
Ze komt naar me toe en stelt de stoel zo dat ik languit en
wijdbeens kom te liggen.
'Wat ..., wat gaat U doen', stotter ik ongerust.
'Dat zal je wel zien. Mond dicht Marcelle.'
Ik durf niet verder te vragen of te protesteren. Ik voel hoe ze
de warme was tussen mijn benen smeert, op mijn zak, mijn pik en
rond mijn pik. Als dat is gebeurd, laat ze me een tijdje liggen.
Maar dan trekt ze de was er van af. Ik kreun van pijn, maar wil
me voor haar niet laten kennen. Eindelijk is alles er van af en
spoelt ze me met warm water schoon.
Ze neemt me mee naar een spiegel en ik kan mijzelf bekijken. Nu